Leestijd 9 minuten

Algemeenheid

De bewegingen van het Internationale Rode Kruis en de Rode Halve Maan vormen een wereldwijde organisatie. Alle nationale verenigingen zijn gelijkwaardig en helpen elkaar. Ze delen wereldwijd gelijke verantwoordelijkheden en plichten om elkaar te helpen. Ze hebben een universele opdracht waarbij de belangen van mensen in nood voorop staan. Dat uit zich ook in het gebruik van onze drie emblemen die symbool staan voor de onvoorwaardelijke hulp en bescherming die de organisatie biedt aan mensen in de meest kwetsbare omstandigheden.

Leestijd 9 minuten

Bij ons kun je altijd aankloppen

Algemeenheid, van het Engelse universality, is misschien wel het meest abstracte grondbeginsel van onze organisatie. Toch ligt het aan de basis van alle grondbeginselen en de wereldwijde beweging van het Rode Kruis en de Rode Halve Maan. We hebben een universele opdracht, we zijn er voor iedereen, in alle landen. Om die uit te voeren moeten we overal in de wereld aanwezig zijn. 

Of je nou vrijwilliger bent in Nederland, Zuid-Afrika of Oekraïne, overal ter wereld hebben hulpverleners van het Rode Kruis dezelfde drijfveren om vanuit menslievendheid alle mensen in nood te helpen. Maar dat niet alleen: de verenigingen zijn gelijkwaardig en helpen elkaar.  

 

Zelfde gedrevenheid

Met dezelfde gedrevenheid en energie verleenden miljoenen vrijwilligers tijdens de pandemie ondersteuning in binnen- én buitenland. Zo zorgde het Rode Kruis voor extra handen en beschermingsmiddelen in het ziekenhuis van de arts Alejandra in Honduras. Vrijwilligers gingen op pad om mensen tegen besmetting te beschermen. Ze reisden naar afgelegen gebieden in het hele land om uit te leggen hoe mensen zichzelf het beste konden beschermen. Ook in Nederland stonden duizenden vrijwilligers dag en nacht klaar om ondersteuning te bieden. En al die hulpverleners werkten volgens dezelfde beginselen. Als het nodig is helpen ze elkaar.
 

Gelijkwaardige wijze

Algemeenheid gaat over de gelijkheid tussen alle verenigingen en over een gelijke aanpak door die miljoenen vrijwilligers wereldwijd. Sommige landen hebben nog geen Nationaal Rode Kruis of Rode Halve Maan. En enkele nationale verenigingen zijn nog niet erkend als volwaardig lid van de beweging. Dit gebeurt eens in de vier jaar op de Internationale Conferentie van het Rode Kruis. De overige 192 Rode Kruis-verenigingen zijn onafhankelijk van elkaar, maar ze staan er wel hetzelfde in.

Algemeenheid is, net als vrijwilligheid en eenheid, een manier om ons te organiseren. Dat betekent dat ze de hulp aan mensen in nood overal op een gelijkwaardige wijze aanpakken. Jan Tijmen Ninck Blok, senior juridisch adviseur Humanitair Oorlogsrecht (HOR) bij het Rode Kruis legt uit: “Het menselijk lijden ligt aan de basis van wat we doen. Het Rode Kruis is er om dat te bestrijden en te verzachten. Het lijden is universeel, net als het Rode Kruis en onze werkwijze.”
 

Federale structuur

Juist die universele gedachte en werkwijze bindt ons, zegt Jan Tijmen. "Vooral internationaal is dat goed zichtbaar. In welk conflict of in welk rampgebied we ook komen, als internationale organisatie werken we overal op de wereld op een gelijke manier. Geografisch maakt het niet uit waar je bent.

Om onze universele aanpak overal te wereld te borgen, is er gekozen voor een federale structuur van nationale verenigingen. De gouden regel is: de belangen van mensen in nood zullen ons leiden.

Die federale structuur heeft een reden volgens Tessa Beeloo, landelijk coördinator Humanitair Oorlogsrecht. “Door ons te verbinden met de eigen nationaliteit, soevereiniteit, cultuur en politieke regimes in een land, kunnen we beter hulp bieden dan als we aangestuurd worden door een organisatie op afstand. We willen iedereen kunnen helpen.”

“De gouden regel: de belangen van mensen in nood zullen ons leiden”

De verenigingen delen wereldwijd gelijke verantwoordelijkheden en plichten om elkaar te helpen. Waarbij iedereen respecteert dat alle verenigingen het net wat anders doen. Jan Tijmen verwijst naar de piramide met onze grondbeginselen.

“Algemeenheid, vrijwilligheid en eenheid is hoe we ons organiseren. Neutraliteit en onafhankelijkheid de manieren waarop we het aanpakken. En in het puntje staan menslievendheid en onpartijdigheid, dat zijn onze doelen.”


Dezelfde manier van organiseren moet je volgens hem niet te letterlijk nemen. Dat de hulpverlening overal gelijkwaardig is, betekent niet dat het operationeel letterlijk op dezelfde manier gaat. Het gaat om de basis. Dat je een gewonde soldaat helpt en bijvoorbeeld niet laat lijden van de honger. Vervolgens kan elke organisatie zijn eigen keuzes maken hoe dat wordt aangepakt.

Eenvoud in boodschap

De kracht van algemeenheid zit waarschijnlijk in de eenvoud van de boodschap die wereldwijd hetzelfde is. Die eenvoud stelt verenigingen wereldwijd in staat om bijvoorbeeld actie te ondernemen bij conflicten en humanitaire hulp te verlenen. Ook al zijn de politieke en militaire ideeën van de machthebbers van een totaal andere aard. Dat maakt algemeenheid zo'n belangrijk principe, volgens Jan Tijmen.

Dat uit zich ook in het gebruik van onze drie emblemen. Als het Rode Kruis deze emblemen gebruikt, staat het symbool voor de onvoorwaardelijke hulp en bescherming die de organisatie biedt aan mensen in de meest kwetsbare omstandigheden. Het heeft geen politieke of religieuze betekenis. Vervolgens is het de taak van de nationale vereniging om te kijken waar onze hulp het hardst nodig is.