Voorwoord

Beste Rode Kruisers,

We kunnen al bijna aftellen. Het nieuwe jaar is in zicht. In deze decembereditie van de Henry+ blikken we terug op een bijzonder jaar. Want dat was het! Wie had vorig jaar december gedacht dat 2020 op deze manier zou verlopen? Teststraten, quarantaine, bron- en contactonderzoek, anderhalvemetersamenleving en mondkapjes. Het zijn slechts een aantal termen die inmiddels niet meer zijn weg te denken uit ons dagelijks leven.

Trots
Temidden van al die zorgen, onzekerheden en veranderingen stonden we als Rode Kruis paraat om te helpen. En wat ben ik daar ongelooflijk trots op! Samen voer(d)en we de grootste hulpoperatie uit sinds de Watersnoodramp in 1953. Jij als vrijwilliger was misschien wel meer dan ooit de drijvende kracht om al onze activiteiten te kunnen uitvoeren. En nog steeds, want de hulpverlening gaat ook in de laatste weken van het jaar volop door.

Medailles
Om iedereen te bedanken die zich tijdens de coronacrisis heeft ingezet was er op de Nationale dag van de Vrijwilliger een symbolische uitreiking van de COVID-19-herinneringsmedaille. Een blijk van waardering aan vrijwilligers zoals Shirley en Dave die in meerdere districten hulp boden, of vrijwilliger Sander die met zijn 18 jaar niet te beroerd is om de handen uit de mouwen te steken. Natuurlijk ontvangen ook onze vrijwilligers op de Cariben een medaille voor hun tomeloze inzet. Zij zetten overzee alles op alles om de meest kwetsbare huishoudens van hulp te voorzien.

Als jij om wat voor reden dan ook geen COVID-19-inzet hebt gedaan, weet dat je even onmisbaar bent als iedere andere vrijwilliger van het Rode Kruis. Hopelijk komt de tijd snel dat ook jij je weer kunt inzetten.

Dat laatste hoop ik echt van harte! Alleen met elkaar kunnen we van grote betekenis zijn. Dat blijkt wel uit de liefdevolle verhalen en gesprekken in dit online vrijwilligersmagazine. Pas goed op jezelf en op elkaar – ook tijdens de feestdagen.

Hartelijke groet,

Marieke van Schaik
Algemeen directeur Nederlandse Rode Kruis

Het dagboek van... Ellen Raats

Voor mensen zonder een geldig verblijfs-document is het leven tijdens de coronapandemie extra zwaar. Het Rode Kruis steunt deze groep, die tussen wal en schip valt, met voedselpakketten. Zoals in de regio Rotterdam-Rijnmond, waar vrijwilliger Ellen Raats de distributie coördineert. Zo ziet haar dag eruit.

09.00 uur

Samen met twee collega’s verzamel ik bij het Rode Kruis- gebouw. We brengen wekelijks voedselpakketten rond voor ongedocumenteerden: immigranten die zijn uitgeprocedeerd of illegaal ons land zijn binnengekomen. De veerkracht van deze mensen raakt mij, daarom wil ik iets voor hen doen.

10.00 uur

Een groothandel in voedingsmiddelen brengt het aantal pakketten dat ik heb besteld. Dit varieert tussen de 100 en 200 dozen. Er zitten verse seizoensgroenten in, aardappelen, brood en wat fruit. Soms doneert een bedrijf chocola, shampoo of tandpasta. Dan ben ik extra blij.

“De veerkracht van deze mensen raakt mij, daarom wil ik iets voor hen doen.”

11.00 uur

We hebben alle voedselpakketten overgeladen in de Rode Kruis-bus. Onze rit langs de diverse distributiepunten kan beginnen. Op sommige adressen staan de mensen al te wachten. Opgewonden nemen ze hun pakket in ontvangst, alsof ze een cadeau krijgen. Het mooiste moment van de dag voor mij!

15.00 uur

Met een lege bus keren we terug. Ik verwerk de afgifteformulieren in de administratie. Vervolgens bel ik de distributiepunten na om te horen of de uitlevering goed is gegaan. Ook inventariseer ik alvast hoeveel pakketten nodig zijn voor volgende week.

“Wij brengen voedsel naar mensen die het extra zwaar hebben”

Ellen Raats, Rode Kruis-vrijwilliger voedselhulp

Ellen Raats, Rode Kruis-vrijwilliger voedselhulp

19.00 uur

Mijn taak zit erop. De komende dagen genieten veel ongedocumenteerden van een gezonde maaltijd. Het doet me goed dat ik daaraan heb kunnen bijdragen.

Nieuwe ambassadeur: Thomas van der Vlugt

Presentator en YouTuber Thomas van der Vlugt is de nieuwe ambassadeur van het Rode Kruis. Afgelopen jaren zette hij zich al vaker in voor onze organisatie. Nu de hulp van het Rode Kruis ook in Nederland hard nodig is tijdens de coronacrisis, wil hij zich structureel inzetten om de hulpverlening van het Rode Kruis onder de aandacht te brengen. Thomas is trots om ambassadeur te zijn en stelt zich graag even voor via een videoboodschap.

Column

In deze column vertelt onze nieuwe ambassadeur Thomas over zijn ervaring met het Rode Kruis en waarom hij hij kiest voor het ambassadeurschap.


Hulp voor iedereen

Na de aardbevingen in Nepal in 2015, reisde ik meteen af naar het rampgebied. Ik hielp het Rode Kruis tenten opzetten voor mensen die op dat moment in zelfgemaakte hutjes verbleven. Zij waren in één klap alles kwijt, maar hadden ook hoop. Dankzij de hulp van het Rode Kruis hadden ze weer te eten of een dak boven hun hoofd.

In de jaren die daarop volgden kwam ik vaker in aanraking met het Rode Kruis. Ik bezocht een vluchtelingenkamp in Libanon, verbleef bij een gezin met honger in Zimbabwe en ging langs in een ziekenhuis in Irak. Het bijzondere van het Rode Kruis is dat zij in al die situaties iedereen helpen. Ongeacht afkomst, geloof of aan welke kant van het conflict iemand staat.

Dit jaar werd ook Nederland getroffen door een ramp: de coronacrisis. Het Rode Kruis is meteen in actie gekomen. Ze ondersteunen de zorg, helpen de GGD bij teststraten en bieden voedselhulp.

Als nieuwste ambassadeur van het Rode Kruis zet ik me in om te laten zien hoe belangrijk die hulp is. Overal ter wereld, ook in Nederland.

Thomas van der Vlugt,
Ambassadeur Rode Kruis

Cariben calling…

Door de nijpende economische situatie was de armoede al groot in het Caribisch deel van het Koninkrijk. Dankzij hulp van familie of vrienden redden mensen het nét. Nu deze helpers door de coronacrisis zelf hun baan verliezen, valt voor veel mensen hun vangnet weg. Onze collega’s overzees zetten alles op alles om de meest kwetsbare huishoudens van hulp te voorzien. We bellen een aantal van hen om te horen hoe het nu gaat.

Ons eiland is klein. Veel families ken je. Je weet hoe ze een jaar geleden leefden en je ziet hoe ze nu op de vloer slapen.

Toen de eerste coronabesmettingen een feit waren, ging het Caribisch gebied op slot. Door de lockdown ligt alles plat. De Caribische eilanden zijn voor een groot deel afhankelijk van toerisme. Steeds meer huishoudens zakken onder de armoedegrens en hebben letterlijk geen eten meer. Samen met andere hulporganisaties startte het Rode Kruis in maart met het uitdelen van voedsel- en hygiënepakketten en later ook maaltijden. Het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties stelde geld voor de noodhulp beschikbaar en het Rode Kruis coördineert de hulpverlening.

Curacao: 1-0 achterstand

Op Curacao ziet vrijwilliger Charles F. Sintjacoba jr van dichtbij de gevolgen van de lockdown: “Het is heel verdrietig om te zien wat de crisis doet. We komen langs mensen die geen vloer hebben in hun huis, geen toilet. Hun meubels hebben ze verkocht voor wat geld. Sommigen kunnen niet eens bellen met familieleden, ze hebben geen telefoon meer. Zij hadden het al moeilijk voor de crisis, ze stonden dus al 1-0 achter toen de crisis begon. Maar ook mensen die eerst een goed leven hadden, zijn nu kwetsbaar geworden. Ze zijn afhankelijk van voedselhulp of e-vouchers: een soort pinpas waarmee mensen zelf naar de supermarkt gaan om verse producten te kopen.”

Sint-Maarten: wat een crisis brengt

Ook op Sint Maarten hebben de mensen het moeilijk. Sandra Brooks werkt in het team dat voedselhulp verzorgt voor daklozen. “De klap van orkaan Irma zijn we nog niet te boven. En nu dit. Vooral daklozen hebben het zwaar. Mensen verliezen hun baan en komen op straat terecht en zijn afhankelijk van hulp. Ze krijgen voedsel en we geven informatie hoe ze zich kunnen beschermen tegen corona. Soms lijkt het wel of werk niet ophoudt. Ik werk overdag, in de avond maak ik eten voor mijn dochter. Daarna ga ik weer terug, want er is altijd wel wat te doen. Het is zwaar, maar het is ook werk waar ik van hou. Ik wil graag mensen helpen. En dat is wel heel mooi om me heen te zien. Heel veel mensen willen helpen. Niet alleen armoede komt naar boven drijven tijdens een crisis, maar ook hulpvaardigheid.”

Aruba: bed voor water

Wat de eilandenbewoners met elkaar gemeen hebben, is trots. Zo vertelt Marla Thiel- Dominguez, verantwoordelijk voor het meals on wheels programma op Aruba, dat de voedselhulp heel welkom is, maar ook schaamte oproept. “Je ziet Rode Kruis-vrijwilligers dus niet in een grote rode auto de maaltijden bezorgen. Onze cultuur is dat we niet durven zeggen dat we hulp nodig hebben. Het is vaker de buurvrouw die aanklopt met een voedselpakket voor haar buurman, omdat hij al twee dagen niet heeft gegeten. Verdrietig, maar ook mooi. Ons eiland is klein. Veel families ken je. Je weet hoe ze een jaar geleden leefden en je ziet hoe ze nu op de vloer slapen. Omdat ze hun bedden hebben moeten verkopen om de waterrekening te betalen. Dat is wat je veel ziet, mensen die hun inboedel verkopen om rekeningen en voedsel te betalen. We komen bij de mensen thuis, we praten met ze, we troosten ze, we geven ons eigen eten weg, we zijn sterk. Maar als we thuiskomen, is het moeilijk de slaap te vatten.”

Hulp tot nu toe

Sinds mei zijn meer dan 50.000 mensen geholpen met voedselhulp. Met dagelijkse kant-en-klare maal­tijden, voedselpakketten en via e-vouchers. Inmiddels worden op Aruba 3.500 huishoudens op deze manier voorzien van voedsel, op Cu­raçao 6.000 huishoudens en op Sint-Maarten zo’n 3.500 huishoudens. In de aankomende maanden zullen deze aantallen toenemen door de aanhoudende economische crisis.

Helden van de Cariben

Tijdens de coronacrisis zijn we als het Rode Kruis overal. Om de hoek en ver weg. Maar zonder onze vrijwilligers zijn we nergens. Wie zijn nu die mensen, die troost bieden, niet twijfelen en de handen uit de mouwen steken om anderen te helpen? Een impressie van onze helden op de Cariben.

Marla.JPG

Marla Thiel- Dominguez

Marla Thiel- Dominguez is een door-de-wol-geverfde vrijwilliger. Naast haar werk voor de overheid zet ze zich met hart en ziel in voor het Rode Kruis in Aruba. Of, zoals ze zelf zegt: het helpen zit haar in het bloed. Gelukkig geeft haar werkgever haar genoeg gelegenheid om haar vrijwilligerswerk breed op te pakken. Hoe dat volgend jaar gaat, is nog maar de vraag. De voedselhulp die ze nu begeleidt op haar thuiseiland, heeft ze al eerder onder haar hoede gehad na de aardbeving op Haïti in 2010 en na orkaan Irma op Sint Maarten in 2017.

Charles.JPG

Charles F. Sintjacoba junior

Vrijwilliger Charles F. Sintjacoba junior was nog jong toen hij begon bij het jeugd Rode Kruis in Curaçao. Hij werkte mee aan programma’s voor ouderen en voorlichtingsprogramma’s over HIV. In 2017 vertrok hij naar Sint Maarten voor de hulpverlening na orkaan Irma. Met al die ervaring op zak, zet de student financieel management zich nu in voor coronahulpverlening. Hij heeft meegewerkt aan het opzetten van een systeem voor de distributie van e-vouchers. Een mooie aanvulling op zijn studie.

Sandra.JPG

Sandra Brooks

Sandra Brooks is de mamma van haar team bij het Rode Kruis Sint Maarten. Ze zorgt ervoor dat alle vrijwilligers voldoende te eten en te drinken hebben. En wanneer ze tot laat in de avond meehelpt met maaltijden uitdelen aan daklozen, kennen de meesten haar van naam. Tussendoor gaat ze naar huis waar ze eten maakt voor haar gehandicapte dochter. Daarna pakt ze gauw het werk weer op, met goedkeuring van haar dochter, die zegt: “ga maar gauw, de daklozen hebben je harder nodig dan ik.”

De 10 populairste posts op social media in 2020

Facebook, Twitter, LinkedIn, Instagram, TikTok en YouTube. Via onze social media kanalen laten we zien wat we als Rode Kruis allemaal doen. Het is een mix van tekst, foto en video waarmee we onder andere cijfers&feiten, persoonlijke verhalen en kijkjes in de keuken tijdens onze hulpverlening delen. We krijgen vaak reacties en likes, maar ook commentaar. En daar leren we van! Bekijk hieronder de 10 populairste posts van 2020.

Tips coronavirus op TikTok

Libanon op Instagram

Mark Rutte op Linkedin

Australië op Instagram

Help mee!

Volg (of abonneer) het Rode Kruis op alle social media en schroom niet om zoveel mogelijk te liken, reageren en delen. Dat helpt ons enorm in zichtbaarheid. We zijn als Rode Kruisers een grote club, dus laten we daar gebruik van maken. Hoe meer van ons interactie hebben op de socials, hoe vaker de content (en dus de hulpverlening) wordt gezien door anderen.

Rode Kruis Hulplijn op Twitter

Vrijwilliger Jan op Facebook

Scheidsrechter op YouTube

Door corona is 1.5 meter afstand houden het nieuwe normaal. Maar lukt het om die regel na te leven? Wie kan dat beter controleren dan een scheidsrechter? Met steun van Jeroen Manschot nemen wij de proef op de som bij het winkelend publiek.

Corona in Italië op Instagram

Knuffelen op Facebook

Dóórprikken: De multi-inzet van het Rode Kruis-gebouw in Borculo

‘Probeer het reizen te beperken en houd afstand.’ Twee coronamaatregelen die het voor Borculoërs die bloed moeten prikken erg lastig maakten. De bloedprikpost van het streekziekenhuis Koningin Beatrix in het dorp moest sluiten, omdat er te weinig ruimte was om de anderhalvemeter-maatregel op te volgen. Dit zou betekenen dat mensen ver moesten reizen om bloed te laten prikken. Gonneke de Groot-van Beek en Riny van der Meer van het Rode Kruis dachten mee en kwamen met een oplossing.

Gonneke: “Het Rode Kruis-gebouw in Borculo heeft precies de juiste indeling en ruimte om een prikpost in te richten, waarbij anderhalve meter afstand houden goed mogelijk is. Als we hiermee het ziekenhuis en de inwoners van Borculo kunnen helpen, dan doen we dat natuurlijk.” Het leslokaal van het gebouw is omgebouwd tot prikpost.

Dat biedt voldoende ruimte om alle coronaregels op te kunnen volgen. In de ochtend komen mensen via de garage van het gebouw naar binnen, nemen plaats op één van de stoeltjes in het leslokaal, laten zich prikken in het kantoortje en vertrekken vervolgens weer via de voordeur.

Nooit meer weg

“Het is een tijdelijke oplossing, maar de mensen van de prikpost zijn zo blij met de locatie en onze service dat ze niet meer weg willen”, lacht Gonneke. “Het is elke dag even een klusje. We zijn aanwezig tijdens openingstijden en zorgen ervoor dat patiënten gereguleerd binnen komen. Ook zorgen we dat de ruimte wordt schoongemaakt en weer spic en span is voor de volgende dag. En als we in de avond het lokaal nodig hebben voor een cursus, dan bergen we met elkaar de spullen even op, om ze daarna weer klaar te zetten voor de volgende ochtend. Schouder aan schouder. Want zo doen we dat in de Achterhoek.”

Dave en Shirley: een bijzonder koppel

Van Breda naar Venlo, van Rotterdam naar Roermond. Van zorghotel naar teststraat. Dave en Shirley reizen kriskras door Nederland om zich in te zetten voor coronahulp. Samen met nog twee anderen ontving het echtpaar namens alle andere vrijwilligers in Nederland en de Caribische eilanden een speciale herinneringsmedaille voor de inzetten op het gebied van COVID-19. Maak kennis met dit bijzondere echtpaar.

Dave en Shirley Timmers hebben twee kinderen, Brandon van 20 en Jason van 23 jaar oud. Kort na de geboorte van Brandon, kreeg Jason een koortsstuip. Het bleek een zeer ernstige vorm van een epilepsie te zijn, waardoor hij het syndroom van Lennox Gastaut heeft ontwikkeld. Jason is inmiddels lichamelijk en verstandelijk beperkt en woont sinds twee jaar in een instelling. De beperking van Jason heeft de kiem gelegd voor de passie van zijn ouders om kwetsbaren te helpen. Ze hebben in de loop van de jaren veel vrijwilligerswerk gedaan, vooral rondom epilepsie, maar ze wilden nog meer doen voor de samenleving. Ze kwamen bij het Rode Kruis terecht en werden actief bij Evenementenhulp en Noodhulp.

Zorghotel

Toen het coronavirus Nederland binnendrong, ging de instelling van Jason al snel in een lockdown. Dave en Shirley merkten dat een dergelijke maatregel vooral grote impact heeft op kwetsbare mensen. Ze probeerden mensen in hun omgeving dan ook zo goed mogelijk te helpen. Het bleef relatief rustig in hun district en ze wilden graag meer doen. Toen de oproep voor ondersteuning in het coronazorghotel Roermond kwam, hoefden ze niet lang na te denken en meldden ze zich aan. De werkgever van Dave vond dit zo bijzonder dat hij de kosten voor het verblijf in de buurt van het zorghotel betaalde. Daar zijn ze hem erg dankbaar voor.

Bijzondere band

Ze hebben in Roermond veel kunnen betekenen. Een van de mensen die Shirley het meest is bijgebleven, is een oude man afkomstig uit Indonesië. Zijn vrouw was overleden aan corona en twee weken later kwam de huisarts langs om hem te vertellen dat ook zijn dochter was overleden. Shirley probeerde de intens verdrietige man te steunen. Ze heeft toevallig ook een Indonesische achtergrond en kende wat Maleis. Zo ontstond een bijzondere band. De man wilde weten hoe Shirley eruitzag en vroeg haar om haar mondmasker af te doen. Stel dat hij haar op straat zou tegenkomen en haar niet zou herkennen, dat zou natuurlijk erg onbeleefd en onaardig zijn. Natuurlijk was het niet mogelijk om het masker af te doen, maar Shirley was geraakt. Dat hij hiermee bezig was, in zo’n verdrietige periode. Ze liet hem in haar pauze haar Rode Kruis-pasje met foto zien, zodat de man toch wist hoe de vrouw die hem in deze verschrikkelijke tijd had gesteund eruitzag.

“Draai een inzet en kijk wat er gebeurt met jezelf, met de persoon die iets is overkomen en de dierbaren van die persoon. Dat gevoel van iets kunnen betekenen voor een ander is onbeschrijfelijk en zorgt ervoor dat je bereid bent om de volgende keer een stapje harder te zetten.”

Emotioneel moment

Na zo’n vier weken was de hulp van Dave en Shirley in Roermond niet meer nodig, maar toen ze thuiskwamen was daar alweer de volgende hulpvraag. Ditmaal kwam de vraag uit district Rotterdam Rijnmond. Acht weken lang heeft Shirley hier ondersteuning geboden bij een speciaal ingerichte COVID-19-afdeling. “Dit was wel even andere koek. Ik was blij met de ervaring die ik in Roermond heb opgedaan.” In Rotterdam was er, zeker in het begin, meer nodig dan alleen een luisterend oor en moesten de vrijwilligers meewerken in de zorg. Later was er meer ruimte voor persoonlijke steun. Zo zorgden ze er bijvoorbeeld voor dat familie kon videobellen met de patiënten op de afdeling. De vrouw en een zoon van een besmette man kwamen iedere dag langs om bij het raam met hem te bellen. De dag voordat hij stierf kwamen ze een setje kleding brengen. Ze vroegen Shirley of ze de tablet bij het oor van meneer wilde houden, zodat ze hem konden spreken. Dat was een emotioneel moment. “In tranen heb ik staan luisteren hoe ze afscheid van hem namen. Ze vertelden hem dat het goed was en dat hij genoeg gevochten had. Een dag of vier later zag ik bij toeval mijn naam in een bericht. De zoon van meneer had nadat we hadden opgehangen nog een bericht gestuurd om me te bedanken. Ik vind het jammer dat ik dit bericht niet eerder heb gezien. Ik heb het graag gedaan.”

“Ik heb mij in al die tijd op de locaties met coronapatiënten veiliger gevoeld dan in de buitenwereld. Hier kon in namelijk, door mijn beschermende kleding, een arm om iemand heenslaan voor wat troost en dit doet zoveel meer dan woorden.”

(Beschermde) arm om iemand heen

Shirley zag wat het virus met mensen deed en hoe meer ze ermee te maken kreeg, hoe meer ze ervan af wil weten. Toen de hulpvraag vanuit Limburg kwam voor ondersteuning in de teststraat meldde ze zich aan. Dit werk deed ze naast haar doordeweekse inzetten in Rotterdam. Voor Shirley is het duidelijk waarom ze juist voor deze inzetten koos:

Na deze drukke periode met diensten in Rotterdam en Limburg keerde de rust even terug. Sneller dan verwacht volgde de tweede golf. Ook in West-Brabant nam het aantal besmettingen opnieuw toe. Dave en Shirley stonden net op het punt om weer in de teststraat te beginnen toen ze zelf besmet raakten. Het hele gezin werd getroffen, maar gelukkig zijn ze er allemaal weer goed bovenop gekomen.

Inmiddels heeft het echtpaar alweer enkele nieuwe inzetten gedaan in onder andere Breda en Venlo. Dave vindt het niet moeilijk om te verklaren waar hun motivatie vandaan komt: “Draai een inzet en kijk wat er gebeurt met jezelf, met de persoon die iets is overkomen en de dierbaren van die persoon. Dat gevoel van iets kunnen betekenen voor een ander is onbeschrijfelijk en zorgt ervoor dat je bereid bent om de volgende keer een stapje harder te zetten.”

Uitzending medailleceremonie

Heb je de uitzending gemist, waarin H.K.H. Prinses Margriet de COVID-19-herinneringsmedailles symbolisch uitreikt aan de vrijwilligers? Bekijk het terug op rodekruis.nl/evenementen/covid-19-herinneringsmedailles

Cómo estás? Een kijkje in de keuken bij het Spaanse Rode Kruis

De koude Nederlandse wintermaanden inruilen voor de Spaanse zon en nieuwe werkervaring opdoen. Vrijwilligersmanager Mascha van Mourik (district IJsselland) dééd het. Vlak voordat de wereld werd getroffen door het coronavirus en reizen een no-go werd, ging Mascha 7 maanden met sabbatical om daarvan 5 maanden te wonen en werken in het Spaanse Alicante. Hier werkte ze 3 dagen in de week bij Cruz Roja Alicante. Een letterlijk warme ervaring. “Wanneer we weer kunnen reizen, zou ik het iedereen aanraden.”

Het districtskantoor in Alicante lijkt veel op het Nederlandse verenigingskantoor. De open ruimtes, een contactcenter beneden. Het zou zo het Haagse kantoor kunnen zijn. Maar er is één groot verschil. Mascha: “Tussen 9.00 en 13:00 uur wemelt het er van de mensen. Niet de collega’s, maar inwoners op zoek naar hulp of informatie. Ze hebben medische vragen, financiële vragen, komen een EHBO-training volgen of krijgen een rondleiding. De receptie is een loket, vanwaar mensen worden doorverwezen naar de hulp of informatie die ze nodig hebben. Binnen of buiten het Rode Kruis. De leslokalen zitten altijd vol, scholen krijgen hier rondleidingen. Er is altijd veel reuring.”

Telefoontjes en huisbezoeken

Het was wel even zoeken hoe Mascha haar ervaring uit Nederland kon inzetten in Alicante. Haar Spaans was nog wat gebrekkig en de meeste collega’s en streekbewoners spreken nauwelijks Engels. Collega Pedro hielp met de vertaling, herinnert Mascha zich. “We waren er toen eigenlijk al snel uit. De streek La Marina, dat onder het Allicante-kantoor valt, heeft veel Engelse en Nederlandse inwoners. Veelal oudere mensen, waarvan sommige alleenstaand. Vooral de mensen die alleenstaand zijn, zijn vaak lid van het Rode Kruis en dragen een Rode Kruis paniekknop bij zich. Voor als ze vallen, of als er een andere noodsituatie zich voordoet. Mijn taak was om al die mensen een keer te bellen voor een praatje en een check of alles goed gaat, of dat ze iets nodig hebben. Dit deed ik twee dagen in de week. In vijf maanden tijd heb ik gemiddeld drie keer dezelfde mensen gesproken. Op de derde dag ging ik met een collega op huisbezoeken in La Marina. Ook om te zien wat mensen nodig hebben.”

Vraag of aanbod

Dit is, naast de open deuren aanpak, ook wel een verschil met het werk in Nederland, ontdekte Mascha. “Het werk in Spanje is sterk vraag-gericht en praktisch. Mevrouw x is gevallen: wat heeft ze nodig? Wat kunnen wij betekenen? De mensen weten hun lokale Rode Kruis ook erg goed te vinden. Overal zijn billboards en reclames. In Nederland werken we ook aanbod-gericht en preventief. Met programma’s zoals Goed Voorbereid. Deze manier van werken heb ik ook geïntroduceerd bij de collega’s in Alicante. Door bijvoorbeeld de bingo binnen Goed Voorbereid te vertalen naar het Engels en Spaans. Nu kan deze bingo ook gegeven worden in La Marina.”

Warm bad

Grote overeenkomst met de Spaanse collega’s die Mascha vanaf dag één voelde, is de passie en gedrevenheid om mensen te helpen. “Hiermee is het een warm bad waarin je terecht komt. Ook al spreek je de taal niet. Ik zou het dan ook iedereen aanraden om het een keer te proberen, als de situatie het toelaat. Voor een langere tijd bij een andere vereniging te werken. Niet een dagje meekijken, maar écht een paar maanden meedraaien. Het levert zo veel positiefs op. Ik vertrok in augustus samen met mijn man, rugzakken en fietsen en kwam begin maart dit jaar terug. Een prachtige ervaring rijker die ik niet had willen missen.”

Ook jongeren vinden de weg naar de Rode Kruis Hulplijn

Voor een luisterend oor, advies of extra hulp kan iedereen sinds maart contact opnemen met de Rode Kruis Hulplijn. Tijdens de eerste coronagolf waren het vooral ouderen die eenzaam of angstig waren. Of praktische (boodschappen)hulp nodig hadden. Nu met de tweede golf zijn er veel vragen over thuisquarantaine en vinden steeds meer jongeren de Hulplijn met praktische en emotionele vragen. Collega Adine Atzeni vertelt welke vragen er zoal binnenkomen en hoe de Hulplijn mensen helpt.

“Kan ik mijn kleinkind wel knuffelen? Hoe lang moeten mijn huisgenoten in quarantaine als ik ziek ben? Mijn man houdt zich niet goed aan de maatregelen. De winkels zijn weer vol, ik maak me zorgen. Ik kan niet zelf naar een teststraat, kan het Rode Kruis mij helpen? Het is een greep uit de vragen die binnenstromen bij de Rode Kruis Hulplijn. Adine: “Op deze en andere veelgestelde vragen hebben we een antwoord of doorverwijzing klaar staan in ons script. Maar net zo vaak leveren we maatwerk. We luisteren wat iemand nodig heeft, welke behoefte er is. We staan naast ze en bedenken samen een oplossing of verwijzen ze door naar specifieke hulpinstanties. Soms is het genoeg voor iemand om alleen al even gevoelens te delen.”

Doorlopen of helpen?

Veel ouderen zijn angstig dat jongeren het virus niet serieus nemen. Bij de Hulplijn ziet Adine het tegenovergestelde. “We worden juist veel door studenten en jongeren gebeld die het juiste willen doen en advies nodig hebben hoe te handelen. Zo sprak ik laatst een studente die besmet was geraakt. Samen met haar vriend wilde ze in quarantaine, maar de vraag was alleen: waar? Zij woonde in een studentenhuis, hiermee zou het hele huis in quarantaine moeten. Een huisgenoot van haar is onderwijzeres, hiermee zou dus ook een hele klas thuis komen te zitten. In het huis van haar vriend hadden ze meer ruimte, maar dan zouden ze daar met het openbaar vervoer naartoe moeten reizen. Met ook weer een risico op besmetting. Dan denken we mee en wegen de risico’s af. Uiteindelijk is ze in haar eigen huis gebleven. Maar het laat wel zien hoe bewust veel jongeren omgaan met het virus. Ook sprak ik een leerkracht die op school het bericht kreeg dat hij besmet was. Hij ging onmiddellijk naar huis, maar zag onderweg een oudere dame vallen. Alles in hem zei dat hij haar even moest helpen opstaan. Maar dat kon natuurlijk niet. Dat zijn best lastige dilemma’s die mensen soms gewoon even van zich af moeten praten.”

"We luisteren naar wat iemand nodig heeft."

Alleen aan de telefoon

Sommige gesprekken over depressie, eenzaamheid of verlies zijn best heftig. De collega’s van de Hulplijn bellen vanuit huis, vaak alleen. Adine: “Als je ophangt na een heftig gesprek, zit er geen collega naast je aan wie je je verhaal kwijt kunt. We delen veel met elkaar op de chat, er is een zelfzorgplan van het Rode Kruis: ‘wat moet ik doen na een heftig gesprek?’ En als het echt moeilijk is, kunnen we contact opnemen met Mind Korrelatie voor een gesprek met een psycholoog. Maar al met al kunnen we vooral veel mensen helpen, vaak alleen al door een luisterend oor te bieden. Dat maakt de Hulplijn tot een mooie vorm van hulpverlening.”

Feiten en cijfers

  • Sinds de opening van de Rode Kruis Hulplijn in maart zijn er al meer dan 24.000 telefoontjes binnengekomen.
  • De Rode Kruis Hulplijn is telefonisch bereikbaar van maandag tot en met vrijdag van 9.00 tot 17.00 uur via 070-4455-888.
  • Anderstaligen kunnen een (voice-)bericht sturen naar de WhatsApp-Hulplijn. Zij worden dan teruggebeld door een vrijwilliger in hun eigen taal. Deze dienst is momenteel beschikbaar in het Marokkaans-Arabisch, Tamazight (Berbers), Turks, Chinees (Kantonees en Mandarijn) en Portugees.

Bernhard is trots op Rode Kruis en dat deelt hij graag!

Al zijn halve leven is hij vrijwilliger bij het Rode Kruis. Bernard Flokstra was pas zestien jaar toen hij zich aanmeldde. En nu zestien jaar later, heeft hij er nog geen dag spijt van. Wanneer iemand hem vraagt: ‘Waarom doe je dit? Je krijgt er toch niet voor betaald?’, heeft hij zijn antwoord klaar.

Voor Rode Kruis-afdeling Elberg en Oldebroek draait Bernard heel wat uurtjes als evenementenhulpverlener. Bernard: “Het klopt dat ik daar niet voor betaald krijg. Maar klaarstaan voor een ander in nood, geeft je het mooiste gevoel dat je kunt krijgen. Daar kan geen geld tegenop. Of het nou gaat om een motorcrosser die na een val zwaar gewond door een ambulance naar het ziekenhuis vervoerd moet worden, of een klein kind dat gestruikeld is en pappa en mamma zoekt om bij uit te huilen.”

Meer dan een helper’s high

Het is niet alleen de bekende ‘helper’s high’, de genoegdoening om iemand te helpen, waarom Bernard zijn hart heeft verpand aan het Rode Kruis. Er schuilt ook een meer persoonlijke reden achter. “Toen ik me aanmeldde bij het Rode Kruis, deed ik dat in eerste instantie om mijn EHBO-diploma te halen. Ik was nog erg onzeker in die tijd. Ik heb PDD-NOS, maar dat was toen nog niet ontdekt en mijn sociale vaardigheden waren op zijn zachts gezegd niet best. Als evenementenhulpverlener werd ik gedwongen om contact te leggen met mensen. Gesprekjes met ze aan te gaan en ze te helpen. Dat was in het begin niet bepaald gemakkelijk, maar door het tóch te doen, ging het steeds een beetje beter. Uiteindelijk heeft mijn werk bij het Rode Kruis mij zo veel meer geholpen dan welke sociale vaardigheidstraining dan ook.”

Internationale familie

Bernard vervolgt: “Wat me ook trots maakt? Alle vrijwilligers van het Rode Kruis of de Rode Halve Maan, zijn met elkaar verbonden door de zeven grondbeginselen. Of het nou gaat om de hulpverlening bij een sportwedstrijd in het dorp of een grote humanitaire crisis waar dan ook ter wereld. Ik ben er trots op om bij deze grootste internationale familie ooit te horen.”

Zomaar een post

Bernhard deelt zijn Rode Kruis-ervaringen en successen graag op sociale media. Afgelopen najaar postte hij een bericht op Twitter en Facebook waarin hij vertelde waarom hij zich zo graag belangeloos inzet voor het Rode Kruis én wat hij er allemaal voor terugkrijgt. De post werd opgepikt en ontving vele likes en reacties. Bernhard: "Ik had niet verwacht dat een simpele twitter- en facebookpost zo veel zou losmaken. Ik wilde mijn gevoel van me afschrijven en heb gewoon “even een stukje op facebook gezet.” Leuk om te zien hoe zoiets daarna gaat leven."

Online belborrel brengt Rode Kruis-jongeren bij elkaar

Geen avondje stappen, online colleges en het wegvallen van bijbaantjes. De coronacrisis treft ook jongeren. De Nationale Jongerencommissie van het Nederlandse Rode Kruis wilde iets doen voor jonge vrijwilligers daarom organiseren zij online belborrels en maken het thema mentale gezondheid bespreekbaar.

“We zagen om ons heen dat jongeren aan het vereenzamen waren en meer behoefte hadden aan sociaal contact”, vertelt Carlijn Marcic, communicatiespecialist bij de Nationale Jongerencommissie. “Met de online borrel konden we jonge Rode Kruis-vrijwilligers een mogelijkheid bieden om toch samen te komen. De eerste borrel was in april en sinds die tijd hebben we het nog een aantal keer gehouden. We wisselen vooral verhalen uit, soms aangevuld met een quiz of spelletjes.”

Naast gezelligheid probeert Carlijn samen met de andere commissieleden ook tijdens de borrels te wijzen op het onderwerp mentale gezondheid. Carlijn: “December is voor alle jongeren #Mentalhealthmonth. We willen het onderwerp bespreekbaar maken. Vooral omdat je ziet dat veel jongeren zich door de coronacrisis somber, angstig of eenzaam voelen. Hierover praten met je omgeving helpt, dus dat willen we stimuleren. We geven tips die helpen je weer beter te voelen en delen ervaringsverhalen van andere Rode Kruis-vrijwilligers. Heel bijzonder dat we na een oproep in de nieuwsbrief en op sociale media zoveel verhalen ontvangen. Ik hoop dat we zo ook andere jongeren die dezelfde klachten ervaren kunnen inspireren om hun verhaal te delen. Dat hoeft natuurlijk niet meteen op social media, maar kan wel het zetje geven om er in ieder geval met de omgeving over te praten of zelfs een stap te zetten naar professionele hulp.”

Vrijwilliger Sandrela deelde haar verhaal:

“Aan het begin van coronacrisis waren alle lessen online. Ik ging terug naar mijn ouders’ huis in Brabant. Het online onderwijs beviel goed en ik dacht dat het goed met me ging. Maar mijn ouders en andere mensen om mij heen merkten dat ik heel snel chagrijnig werd. Ik had het zelf niet door, ontkende het ook. Mijn dagen waren anders. Ik moest zelf mijn dag plannen, wat soms heel stressvol kan zijn als je je niet aan de planning houdt. Wat mij heel erg heeft geholpen heeft, is om te zeggen dat het toch niet goed ging en daarbij steun te zoeken. Uiteindelijk heb ik een baantje gevonden in de zorg en dat bevalt goed. Tevens heb ik mezelf geleerd om beter met stress om te gaan door bijvoorbeeld te gaan wandelen of een gezonde maaltijd voor mezelf te maken.“

"De maand december is voor alle jongeren #MentalHealthMonth!"

Zeggen en doen

Praten of om hulp vragen is soms makkelijker gezegd dan gedaan. Uit onderzoek van het Rode Kruis blijkt dat ruim een kwart van de jongeren aangeeft het moeilijk te vinden om hulp te vragen aan iemand die ze goed kennen. De drempel om hulp te vragen aan een professional ligt nog hoger: 52 procent gaf aan hier moeite mee te hebben.

Daarom biedt het Rode Kruis in samenwerking met Blijf Overeind gratis telefonische gesprekken aan met coaches. Deze zijn bedoeld voor jongeren die een steuntje in de rug kunnen gebruiken, even willen sparren of een gesprekspartner missen. Het zijn sessies van een halfuur en jongeren kunnen zelf bepalen waar het gesprek over gaat.

Borrel in 2021

Als het aan de jongerencommissie ligt, dan gaan de belborrels ook de komende maanden gewoon door. Ben je een jonge Rode Kruiser en wil je eens aanhaken? Wees welkom! Houd de jongerennieuwsbrief in de gaten en/of volg de Jongerencommissie op Instagram of Facebook.

De Nationale Jongerencommissie (NJC) vertegenwoordigt álle jongeren van het Rode Kruis en vormt de spin in het web van het landelijke jongerennetwerk. De NJC is het aanspreekpunt voor jongeren uit alle districten, afdelingen en studentendesks, maar ook voor alle andere vrijwilligers en beroepskrachten die met jongerenprojecten werken.

Naast het organiseren en ondersteunen van projecten ter versterking van het jongerennetwerk, adviseert de jongerencommissie de vereniging over het jongerenbeleid en jongerencampagnes. Op die manier proberen zij het jongerennetwerk zo goed mogelijk op de kaart te zetten binnen én buiten de vereniging. Dit doen zij in nauwe samenwerking met Landelijk Adviseur Jongeren Stevie van der Kroon.

Meer weten over de NJC? Stuur een mail naar Jongerencommissie@rodekruis.nl.

Mooie dag om vrijwilliger te zijn Voedselhulp in Brabant

Bijzonder, heftig, intens en vermoeiend. Herkenbaar? Zo ervaren namelijk veel Rode Kruisers deze periode van coronahulpverlening. Warm en oncomfortabel werken met een plastic schort, veiligheidsbril en mondkapje bij de begeleiding van herstellende patiënten. Verhalen aanhoren van ziekte, verdriet en verlies. En geconfronteerd worden met een steeds groter wordende stroom van mensen die in een moeilijke situatie zitten. Gelukkig zijn er veel mooie momenten om vrijwilliger te zijn.

’Wauw, waar heb ik dit aan te danken? Krijg ik dit zomaar?” “Dit is een fijn begin van het weekend! Heel erg bedankt!” “Het is zomaar een greep uit de reacties van enkele dankbare hulpvragers”, vertelt Dilia Couwenberg, supportmedewerkster in district Midden- en West Brabant. “De dankbaarheid is groot. Als je die reacties hoort voel je gewoon dat de hulp heel hard nodig is.” Sinds de zomer kunnen inwoners van Tilburg en omstreken die door de coronacrisis in voedselnood zijn gekomen, rekenen op voedselhulp van het Rode Kruis. Brabant maakte als eerste brandhaard van Nederland al snel kennis met de effecten van het coronavirus. Hier kon het Rode Kruis niet meteen op volle toeren draaien, omdat er over besmettingsgevaar en de risico’s nog een hoop onduidelijk was. Dilia: “Ook veel Brabantse Rode Kruisers hadden zelf of in hun omgeving te maken met besmettingen. Nu, driekwart jaar later, heeft het district vele manuren aan hulp achter de rug. Van boodschappen doen tot aan patiëntenvervoer. Ondersteuning van medische diensten en nu dus ook voedselhulp.”

Cadeaukaarten en voedselpakketten

Het Rode Kruis stelt cadeaukaarten en voedselpakketten ter beschikking. In samenwerking met ContourdeTwern en Stichting Quiet verdelen Rode Kruis-vrijwilligers cadeaukaarten en voedselpakketten onder hulpbehoevende bewoners. “Het gaat om mensen die niet in aanmerking komen voor andere hulp of de weg naar hulpinstanties niet weten te vinden. En het is juist zo belangrijk dat we deze groep ook op de radar hebben om te helpen. De kaarten en pakketten zijn een welkome aanvulling, zo blijkt ook uit de reacties die we krijgen”, licht Dilia toe.

"Veel Brabantse Rode Kruisers hadden zelf of in hun omgeving te maken met besmettingen."

Het goede blijft hangen

“Vrijwilligers kijken vaak met een goed gevoel terug op een inzet. Tegelijk merk je ook dat het niet altijd even makkelijk is. Op het moment dat een hulpvrager iets in ontvangst neemt is er die glimlach, maar achter die glimlach schuilt soms heel wat leed en wanhoop. En dát maakt indruk. Toch blijven over het algemeen de positieve verhalen het meest bij, zo vertelde onlangs één van de vrijwilligers: “Het was een mooie dag om vrijwilliger van het Rode Kruis te zijn. Een mevrouw was zo ontroerd dat ze met de tranen in haar ogen nog alleen maar “dank je wel, heel erg bedankt!” kon uitbrengen.”

BCO-vrijwilligers, strijders voor de volksgezondheid

Inmiddels hebben we al zo’n 1.000 vrijwilligers Bron- en Contactonderzoek (BCO). Zij monitoren in opdracht van de GGD huisgenoten en nauwe contacten van personen die besmet zijn met het coronavirus. Sommige vrijwilligers bellen ook met besmette personen. Dit alles om verdere verspreiding van het virus tegen te gaan. Henk Roeters behoort tot de eerste lichting van dit nieuwe type vrijwilliger. Hij heeft in de afgelopen maanden al heel wat telefoontjes gepleegd en is sinds kort ook gesprekcoach, een functie waarin hij collega-BCO-vrijwilligers begeleidt. Hij geeft ons een kijkje in zijn wereld van BCO.

Hoe ben je in dit werk terecht gekomen?

Ik ben al 32 jaar werkzaam in de zorg. Op allerlei vlakken heb ik binnen deze sector ervaring opgedaan, onder andere in de psychiatrie, psycho-geriatrie, zorg voor mensen met een verstandelijke beperking. Maar ook als trainingsacteur waarbij ik verpleegkundigen in opleiding train in gesprekvaardigheden en skills. Werken voor het Rode Kruis stond al lang op mijn lijstje, maar door mijn drukke werkzaamheden kwam ik er steeds maar niet aan toe. Tot vorig jaar, mijn gezondheid ging plotseling sterk achteruit. Ik had ernstige hartritmestoornissen en moest hieraan worden geopereerd. Tijdens mijn revalidatie had ik tijd om na te denken en besloot ik me aan te melden als vrijwilliger Evenementenhulp. Toen er in maart mensen nodig waren voor bron- en contactonderzoek heb ik me daarvoor aangemeld. En inmiddels ben ik dus gesprekcoach voor BCO-vrijwilligers.

Wat doet zo’n gesprekcoach nu zoal?

Een gesprekcoach begeleidt de BCO-vrijwilligers. Je krijgt een dag van tevoren je groep vrijwilligers door en de GGD waarvoor je belt. Dat is namelijk iedere keer weer anders. De vrijwilligers moet je de volgende dag briefen over wat ze moeten doen en welke richtlijnen er op dat moment gelden. Je luistert met gesprekken mee en evalueert deze. Ook ben je er voor de vrijwilligers als ze willen overleggen over lastige vragen. Soms krijgen we complexe vragen en dan moet er een ‘maatwerkantwoord’ worden gegeven. Zo was er onlangs een jonge moeder met corona. De vraag was; wat doen we met de baby? Mag deze bij de moeder blijven, die in isolatie gaat? Op zo’n moment adviseer je de vrijwilliger om te overleggen met een verpleegkundige. Als het nodig is overlegt die op zijn/haar beurt weer met de achterwacht (arts/verpleegkundige) van de GGD. In dit geval was het advies om de baby bij de moeder in isolatie te laten.

“Werken voor het Rode Kruis stond al lang op mijn lijstje, maar door mijn drukke werkzaamheden kwam ik er steeds maar niet aan toe.”

Welk gesprek is je het meeste bijgebleven?

Dat zijn er veel, maar één daarvan is een gesprek met een jonge vrouw van 27 jaar. Ze was van het type ‘ik ben jong, gezond en corona is gewoon een griepje’. Ze hield zich niet aan de maatregelen, werd ziek en kwam terecht op de intensive care. Toen ze voldoende genezen was, mocht ze weer naar huis. Als BCO-vrijwilliger bel je soms ook mensen die net uit het ziekenhuis ontslagen zijn. Ik had de taak om haar te bellen en vroeg hoe het met haar ging. De vrouw begon direct te huilen. Ze voelde zich zo enorm schuldig dat ze eerder niet in corona geloofde. Ze besefte nu dat het meer was dan een griepje. Ze gaf aan dat ze dankbaar was dat er gelukkig mensen waren, die haar ondanks haar onverantwoordelijke gedrag, toch niet lieten vallen.

Henk Roeters

Henk Roeters

Wat motiveert jou om BCO te doen?

Je hoort eigenlijk van alle BCO-vrijwilligers dat ze hun steentje willen bijdragen aan de volksgezondheid in ons land en in de hele wereld. Dat geldt voor mij ook. Veel mensen beseffen niet hoe veel er achter de schermen gebeurt om het virus onder controle te krijgen. De BCO-vrijwilligers weten dat maar al te goed. Ze strijden er iedere dag weer voor!

De Helden van het Rode Kruis!

Tijdens de coronacrisis zijn we als het Rode Kruis overal. Om de hoek en ver weg. Maar zonder onze vrijwilligers zijn we nergens. Wie zijn nu die mensen, die troost bieden, niet twijfelen en de handen uit de mouwen steken om anderen te helpen? Een impressie van onze helden uit de districten.

Esther en Richard Prevost uit District Drenthe

Samen met een team van vrijwilligers en Ready2Helpers hebben Esther en Richard Prevost zes maanden lang de voedselbanken in Zuidoost-Drenthe draaiende gehouden.

Diana Kooistra uit District Twente

Vrijwilliger voor bron- en contactonderzoek en het Let op Elkaar netwerk zijn slechts twee voorbeelden van de waslijst aan vrijwilligersfuncties van Diane. Deze enthousiaste Rode Kruiser staat altijd paraat om te helpen én dus ook altijd even vriendelijk voor het Rode Kruis klaar. Diana is de daarmee de held in Twente.

Janet Terpstra uit District Fryslân

Zowel tijdens de eerste als in de tweede golf zet Janet zich dagelijks in voor het Rode Kruis. Ze ondersteunde bij het bron – en contactonderzoek door intakegesprekken te voeren en inmiddels is ze – óók op vrijwillige basis – teamlid geworden van het District Actie Centrum.

Imke Wiertsema uit District Hollands Midden

De behulpzame en vriendelijke vrijwilliger Imke was te allen tijde benaderbaar tijdens de coronacrisis. Of het nu kort van tevoren was of in de bloedstollende hitte: het maakte allemaal niet uit. Met ruim 600 vrijwilligersuren mag ze best even in het zonnetje worden gezet.

Joke van der Ven uit District Groningen

Oog voor detail, kansen zien en altijd klaar staan om in te springen of snel te schakelen. Joke denkt na hoe communicatie in het district beter kan, waardoor samenwerking tussen vrijwilligers/coördinatoren en het bestuur verbetert.

Tijmen Polhuys uit District IJsselland

Tijmen staat voor je klaar als er wat geregeld moet worden. Naast de beschikbaarheid voor zijn afdeling, zet Tijmen zich regelmatig in voor COVID-19-inzetten bij andere districten. Door het volgen van de online training vanuit ACTIZ/nationale zorgklas heeft hij ook een aantal weken meegedraaid bij een zorginstelling in Hoogeveen. Tijmen is een prettige, flexibele collega die meedenkt en de handen uit de mouwen steekt.

Henk Horsman uit District Kennemerland

Henk is een Rode Kruiser in hart en nieren die zich al jaren inzet. Tijdens de coronacrisis is hij actief op verschillende fronten voor de coronahulpverlening.

Piet Borst uit District Noord-Holland Noord

Piet is sinds begin maart zeer actief in de hulpverlening tijdens de coronacrisis. Hij is chauffeur begeleid vervoer en tevens actief als bemonsteraar. Als chauffeur heeft hij al heel veel ritjes gemaakt. Ondanks operatie die hij zelf moest ondergaan is hij onvermoeibaar in de hulpverlening en daarom is hij een van onze helden.

Mattijs Goede uit District Flevoland

Met bijna 1.000 uren inzet als vrijwillig COVID-19-hulpverlener kun je Mattijs een echte held noemen! Mattijs draait COVID-19 inzetten door heel Nederland en het maakt hem niet uit of dit dag- of nachtdiensten zijn. Hij staat altijd paraat en is daar te vinden waar de hulp het hardste nodig is.

Ronald Lafort uit District Midden- en West Brabant

Ronald Lafort is een jonge en enthousiaste vrijwilliger, ontzettend bevlogen. Hij schrijft zich bijna voor alle diensten in en reist heel wat af naar de verschillende teststraten in Breda, Roosendaal en Etten-Leur. Hij heeft bijna 842 uur aan inzetten gedraaid tijdens corona. Ongelooflijk!

Hélène Pieterse uit District Rotterdam-Rijnmond

Hélène Pieterse was nog maar net actief als evenementenhulpverlener bij de afdeling toen ze voor Vervoer&MEER als begeleider aan de slag ging om kwetsbare patiënten uit ziekenhuizen naar huis te brengen. En zoals dat soms gaat met ‘pareltjes’ bij het Rode Kruis: binnen een half jaar werd ze chauffeur, en weet inmiddels als coördinator al jarenlang op uiterst charmante wijze de roosters te vullen. Sinds corona over ons land regeert helpt ze mee de Rode Kruis-meldkamer Vervoer in de lucht te houden. 24/7. Zóveel passie en talent daar zijn we in Rotterdam-Rijnmond héél blij mee natuurlijk!

Orville Brown uit District Noord- en Midden-Limburg

Vrijwilliger Orville is altijd even vrolijk en bereid om te helpen. Ondanks dat hij ook thuis de nodige zorg levert, zet hij zich vol passie in voor het Rode Kruis. Onder andere bij het coronahotel en in de teststraat. We zijn blij met een vrijwilliger zoals Orville.

Bonnie Kloosterman uit District Amsterdam-Amstelland

Bonnie is één van onze trouwe chauffeurs. Hij staat altijd klaar om te helpen en als hij zelf niet 'on duty' is, steunt hij de collega's online. Altijd een vriendelijk bericht op sociale media: "Succes collega's!" Vrijwilligers zoals Bonnie zijn goud waard. Bedankt, Bonnie!

Martijn Hofman uit District Noord en Oost Gelderland

Sinds de start van het District Actie Centrum is Martijn lid van het team. Daarnaast heeft hij heel veel taken verzet bij de interventies in de diverse Ziekenhuizen in de regio en zorghotels
Martijn is integer, slim, zeer toegewijd en stopt heel veel energie in het Rode Kruis. Maar bovenal is hij een prettig mens die niet schroomt om op het juiste moment de juiste vragen te stellen. Een voorbeeld voor alle Rode Kruis-vrijwilligers!

Lindsay Schadewijk uit District Brabant-Noord

Lindsay is al vanaf het eerste moment betrokken bij Freshdesk. In eerste instantie als één van de vrijwilligers, later heeft zij de regie overgenomen en draait Freshdesk volledig door haar inzet. Hierbij wordt ze bijgestaan door andere fantastische vrijwilligers die haar ondersteunen. Lindsay is druk bezig om de hulpvraag in te schatten en de hulpvragers te koppelen aan de hulpgevers. Verder zorgt ze dat de hulpgevers de benodigde informatie krijgen om de hulpvraag goed op te kunnen pakken.
Lindsay was en is in deze hele coronatijd druk bezig geweest anderen te helpen. Zelfs toen ze in april trouwde was ze na een paar dagen alweer actief met Freshdesk!

Jeroen Spaans uit District Brabant-Zuidoost

Jeroen is een held omdat hij al sinds het begin van de coronacrisis voor het District Actie Centrum de e-mails en telefoontjes in Freshdesk verwerkt. Hij reageert snel, is kritisch op alle acties, regelt de inzetten, schrijft en distribueert nieuwsbrieven, is superhandig met ICT en zorgt voor de datakwaliteit; kortom een heel belangrijke spil en duizendpoot. Daarnaast helpt Jeroen ook nog eens andere districten met o.a. digitaliseren van vrijwilligersovereenkomsten. En dit alles naast zijn drukke baan en verhuizing naar een nieuw huis!

Pijke Hochstenbach uit District Gelderland Midden

Voedselhulp, Rode Kruis hulplijn en ondersteuning zorginstellingen. Pijke coördineert vanuit het District Actie Centrum alle medische inzetten in de regio en ondersteunt bij de andere activiteiten. Pijke is een echte Rode Kruiser: betrokken, onvermoeibaar, positief en vooral: er staan als het nodig is! Pijke stroopt de mouwen op en organiseert, net zolang tot de klus is geklaard. En dat naast een sociaal leven en een baan. Grote klasse!

Pauline Dopheide uit District Gelderland Zuid

Pauline is nog maar sinds de oprichting van het District Actie Centrum actief bij het Rode Kruis, maar maakt wel het verschil! Als er een noodoproep komt voor vervoer, is ze nooit te beroerd om dit binnen mum van tijd te regelen of zelf achter het stuur te klimmen. Ze staat continu klaar, ongeacht wat school en/of privé van haar vraagt.

Peter ’t Pad uit District Utrecht

Vrijwilliger Peter heeft zich tijdens de eerste golf en nu ook tijdens de tweede golf ingezet voor allerlei diensten. Hij is altijd bij het District Actie Centrum aanwezig en doet veel werkzaamheden ter ondersteuning van de hulpverlening.

Mathanje den Boer – Besemer uit District Zeeland

Wat doe je als het rustig is in je district, maar je wel wilt helpen? Dan kijk je wat er mogelijk is andere districten. Vrijwilliger Mathanje hielp een handje over de grenzen van haar eigen district. Een echte Rode Kruiser die veel dingen aanpakt. Helaas werd ze in mei zelf getroffen door corona en kon ze even niets doen, maar inmiddels is ze weer hersteld én actief voor het Rode Kruis.

Peter Stoffels uit District Haaglanden

Vrijwilliger Peter staat altijd paraat om support te leveren voor district en afdeling. Onmisbaar tijdens corona voor het District Actie Centrum. Een echte topper waar we in Haaglanden ontzettend blij mee zijn!

David Douma uit District Zuid-Limburg

Niets maar dan ook niets is David Douma uit District Zuid-Limburg te veel. Alles wat je aan hem vraagt doet hij met enorm veel enthousiasme en inzet. Hij heeft echt hart voor de hulpvragen en helpt vol overgave. Fijn om een vrijwilliger als David in het district te hebben.

Alle vrijwilligers zijn helden! Daarom geven we onze vrijwilligers graag een gezicht. Ben of ken jij ook een held in jouw district? Meld jezelf óf iemand anders aan via communicatie@redcross.nl

Omgaan met verandering: hoe doe je dat?

Het overkwam heel de wereld. Vanaf de eerste lockdown in maart veranderde er veel voor iedereen. Mensen werkten thuis, de horeca ging op slot, kinderen kregen thuisonderwijs. Ook binnen het Rode Kruis veranderde er veel. Activiteiten werden stilgelegd, terwijl nieuwe inzetten ontstonden. Hoe ga je om met zo veel grote veranderingen in een korte tijd?

Al 13 jaar heeft Ellen Wiggers het virus te pakken. Nee, niet het coronavirus gelukkig, maar het Vierdaagse-virus. Iedereen die wel eens heeft meegedraaid tijdens de Vierdaagse zal het herkennen. Vier dagen knoeperdhard werken met mensen die bijna een tweede familie vormen. Je deelt lief, leed en slaapplek en zet alles op alles om te zorgen voor een veilig fantastisch evenement voor de wandelaars. “Het was eigenlijk mijn weekje weg”, vertelt Vierdaagse coördinator Ellen. “En ineens viel dat weg. Je mist het evenement, het werk, je collega’s. Het is voor heel veel vrijwilligers echt een hoogtepunt van het jaar. Tegelijkertijd kwam ook mijn werk stil te liggen. Ik heb een eigen bedrijf als instructeur EHBO. Ook dat moest ik neerleggen. En dat is allemaal bij elkaar best moeilijk. Je plezier, je werk, je inkomen, je contacten, je motor die altijd hard draait. Het komt allemaal ineens tot een stilstand.”

Dan zit je ineens thuis…

Veel vrijwilligers zullen zich herkennen in Ellens verhaal. Naast de veranderingen in het dagelijkse leven, veranderde er veel in de vraag naar vrijwilligerswerk. Evenementen stopten, cursussen en workshops werden afgezegd. En er ontstond een nieuwe grote vraag naar mensen die beschikbaar waren voor corona-inzetten. Een nieuw, gevaarlijk virus, waarvan niemand een idee had hoe het verloop zou zijn. GZ-psycholoog Gijs Coppens van iPractice benadrukt hoe moeilijk zo een omschakeling kan zijn. “Zeker als je ineens thuis komt te zitten, omdat je tot een kwetsbare groep hoort en niet ingezet kan worden, dat doet wat met je. Een belangrijke drijfveer voor vrijwilligerswerk is dat je ertoe doet. Dat je een verschil maakt. Hier kun je veel betekenis uit halen. Als dat ineens wegvalt en je mist ook nog eens contacten, dan verlies je viel. Contact blijven houden met je collega’s helpt. Al is het maar even over Teams of Google Meet.”

Ellen (rechts) tijdens de Vierdaagse in 2019

Ellen (rechts) tijdens de Vierdaagse in 2019

Andere rol

Ook voor de vrijwilligers die de overstap maakten van evenementenhulp naar coronahulp is de verandering niet altijd even makkelijk. Waar je eerst werkte in een ontspannen, feestelijke setting waar mensen plezier maken, krijg je nu te maken met ziekte, verlies, verdriet en gevaar voor besmetting. Gijs: “Dit is evengoed een grote omschakeling. Natuurlijk zijn Rode Kruisers getraind op noodsituaties. Maar in een veilig land als Nederland komt dit toch erg onverwacht, hoe goed je ook bent voorbereid. Je staat ineens in de frontlinie. Je kunt direct te maken krijgen met menselijk lijden, angst en misschien wel agressie. Je bent onderdeel van een marathon, zonder te weten wanneer deze stopt.”

Stappen die helpen

Gijs legt uit wat je kunt doen om je goed staande te houden in zo een nieuwe rol: “Er zijn een paar stappen die de basis vormen om goed om te kunnen gaan met veranderingen.

  1. Begrijp de situatie waar je in zit
    Het is belangrijk dat je je bewust bent van de veranderde situatie waarin je nu zit. En dat het dus misschien nodig is om alerter te zijn op je (mentale) gezondheid.
  2. Zorg dat je veerkracht op orde is
    Het bekende ‘eigen zuurstofmasker eerst’ gaat hier zeker op. Je moet goed voor jezelf zorgen, om voor anderen te kunnen zorgen. Hiervoor heb je een paar algemene richtlijnen die goed zijn voor iedereen: ritme, regelmaat, gezonde voeding, doordeweeks geen alcohol drinken, zorg voor voldoende rust, neem je pauzes, sla geen maaltijden over, hoe druk het ook is.
    Daarnaast is het belangrijk dingen te doen die jij leuk vindt. Luister naar muziek, ga wielrennen, een film kijken, wandelen, borduren. Wat het ook maar is wat jou even ontspant.
  3. Zoek sociale steun
    Zorg dat je je verhaal kwijt kunt bij iemand. Dat kan bij een collega zijn, een leidinggevende, je partner of een goede vriend(in) of huisarts. Sociale steun is enorm belangrijk om weer terug te kunnen veren als je het even moeilijk hebt. Heb je het gevoel dat je je verhaal niet kwijt kunt in je directe omgeving? Je kunt ook terecht bij Mind Korrelatie om eens te praten of te sparren met een hulverlener.
  4. Doe regelmatig een check-in bij jezelf
    Doe ik nog de dingen die belangrijk zijn voor me? Hoe tevreden ben ik met mijn eigen situatie? Welk cijfer geef ik mijn huidige situatie? Door regelmatig een check-in te doen bij jezelf, hou je goed in de gaten hoe het met je gaat.

Chagrijnig hoofd

Vierdaagse coördinator Ellen probeert van haar veranderde situatie het beste te maken. “Samen met de andere coördinatoren hebben we contact over Teams. Ook al is het op afstand, het is toch fijn elkaar even te zien en spreken. En ik ben mijn tijd anders in gaan delen. Ik ben gaan uitdenken hoe ik mijn EHBO-lessen een andere invulling kan geven; op anderhalve meter afstand. En op het moment dat de Vierdaagse zou zijn, heb ik nu de alternatieve Vierdaagse gelopen. Vier dagen achter elkaar 10 kilometer in mijn eentje wandelen. Een leuke uitdaging. En nu de voorbereidingen voor de Vierdaagse wegvielen, had ik ineens tijd voor veel zonnige feestdagen, zoals Pasen, Pinksteren, Koningsdag. Die maak ik normaal gesproken niet mee. Dus ik probeer te genieten en me nuttig te maken. Je kunt wel met een chagrijnig hoofd op de bank gaan zitten, maar daar schiet niemand iets mee op.”

Niet alles is met een verbandtrommel op te lossen Het belang van mentale eerste hulp

“Je kan niet alles met een verbandtrommel oplossen. Ook mentaal moeten mensen ondersteund worden”. Rode Kruis-vrijwilliger Clara Scheepens volgde een aantal jaar geleden een training Mentale Eerste Hulp. Nu zet ze die kennis in om mensen te helpen die het mentaal zwaar hebben.

Adviseur psychosociale ondersteuning Carolien Pronk beaamt het belang van Mentale Eerste Hulp als onderdeel van de Rode Kruis-hulpverlening. “Die pure aandacht, één op één, maakt dat mensen zich gehoord voelen.” Een belangrijk punt, als je bedenkt dat geestelijke gezondheid en het psychosociaal welbevinden na een ramp of een andere traumatische ervaring enorm beschadigd kunnen raken. Het zijn verborgen wonden die verstrekkende en langdurige negatieve gevolgen kunnen hebben voor individuen, gezinnen, gemeenschappen en hele samenlevingen.

Veilige omgeving

Vrijwilliger Carla Scheepens maakt hier al langer gebruik van. Eén van de groepen die zij helpt zijn ongedocumenteerden. “Zeker bij zo’n kwetsbare groep is het belangrijk dat zij in een veilige omgeving hun verhaal doen,” legt ze uit. “Dan kunnen we aan de hand daarvan kijken hoe wij ze het beste kunnen helpen”. Een ander voorbeeld van mentale hulp die Carla dit jaar gaf, is de steun aan een oudere man die door een brand zijn huis uit moest. “Hij zat toen een tijdje in een hotel. Ik ben met een andere vrijwilliger elke dag bij hem langs geweest om te praten. Hij was eenzaam en erg van slag. Uiteindelijk konden wij hem toen weer naar huis brengen. Dat gaf een heel fijn gevoel.”

Vier-stappen-methode

In december 2019 is er binnen de Rode Kruis-beweging een resolutie aangenomen om mentale ondersteuning op te nemen als vast onderdeel van interventies. Dus een methode die je toepast als je toch al hulp aan het verlenen bent. De methode bestaat uit 3 of 4 stappen:

  • goed kijken: vorm je een beeld van de situatie
  • goed luisteren: wat zegt iemand, waar heeft iemand behoefte aan
  • doorverwijzen: naar professionele en informele hulp
  • LEEF – de regie en de autonomie van iemand respecteren en iemand niet afhankelijk maken. En het vertrouwen van iemand in de toekomst stimuleren.

Impact COVID-19

COVID-19 heeft wereldwijd een grote impact op mentale gezondheid. Hiermee is de mentale eerste hulp in een stroomversnelling geraakt. Carolien: “Al jaren voordat de pandemie uitbrak, gaven we mentale hulp aan ongedocumenteerde migranten. Nu passen onze vrijwilligers deze methode ook toe als zij een luisterend oor bieden via de Rode Kruis Hulplijn en als onderdeel van de medische zorg, noodopvang en voedselhulp. Het helpt hulpverleners om andere mensen of henzelf te helpen bij intense ervaringen met verlies of stress. Door met deze methode hulp te bieden, kunnen mensen een noodsituatie beter aan omdat zij zich kalmer, veiliger, hoopvoller en ondersteund voelen. Het helpt mensen ook om te gaan met zorgen en emoties als boosheid, angst en verdriet.”

Meer trainingen

Mentale Eerste Hulp vormt een goede basishouding in het werk van hulpverleners en kan door iedereen toegepast worden. Het Rode Kruis gaat het komende jaar nog veel meer vrijwilligers trainen in het geven van mentale hulp.

"Het helpt mensen ook om te gaan met zorgen en emoties als boosheid, angst en verdriet.”

Een bijzonder tussenjaar Sander vervoert patiënten tijdens coronacrisis

Sander (18) springt enthousiast het busje uit: het is een nieuwe dag en hij is klaar voor een nieuwe klus. Hij zet de veiligheidsbril op, plaatst het mondkapje zorgvuldig over zijn gezicht en trekt de capuchon van het grote witte veiligheidspak over zijn haar. Hij weet inmiddels hoe het werkt, want dit is niet bepaald de eerste keer dat hij aan de slag gaat met coronapatiënten. Sander heeft een tussenjaar en helpt daarom het Rode Kruis bij tal van klussen tijdens de coronacrisis.

Twee paar handschoenen? “Ja, zo blijft mijn pak beter zitten.” Sander Eppinga legt de laatste hand aan zijn beschermende kleding. De mouwen van het pak worden nog even aangepast en er gaat een extra paar handschoenen aan. Hij maakt zich klaar om een oudere meneer op te halen die hij naar het ziekenhuis brengt.

Sinds de uitbraak van de coronacrisis vervoert het Rode Kruis patiënten van en naar zorginstellingen en teststraten. Dat kunnen coronapatiënten zijn, maar ook mensen die iets anders mankeren. Sander is een van de vele vrijwilligers die dagelijks mensen rondrijden.
Bij het vervoeren van ouderen tijdens een pandemie komt behoorlijk wat kijken. Je kunt niet zomaar twaalf mensen op de achterbank zetten en verwachten dat het goedkomt. Na het vervoer van iedere patiënt moet de bus zorgvuldig gereinigd worden. Door een grondige schoonmaakbeurt met alcohol en chloor zorgen de vrijwilligers dat passagiers elkaar niet kunnen besmetten.

Een praatje voor de gezelligheid

Tijdens de rit maakt Sander een praatje met zijn passagiers. De ene keer voor de gezelligheid, de andere keer merkt hij dat mensen wel wat geruststelling kunnen gebruiken. “Sommige mensen zijn best een beetje bang,” merkt hij. Het feit dat hij er in zijn beschermende kleding uitziet als een astronaut, helpt daar niet bepaald bij. “Je ziet er heel anoniem uit natuurlijk, het is wel de kunst om het een beetje persoonlijk te maken. Als dat lukt, is het fijn. Dat geeft wel voldoening.”

“Het is juist de variatie in mensen die leuk is en bijdraagt aan de kracht van de organisatie.”

Voldoening uit vrijwilligerswerk

Sander weet hoe het is om voldoening te halen uit vrijwilligerswerk. Hij is 18 jaar en al ruim tweeënhalf jaar vrijwilliger bij het Rode Kruis. Afgelopen jaar haalde hij zijn vwo-diploma. Er stond een tussenjaar op de planning, maar toen was er corona. “De centrale examens vielen weg. Ik was al hulpverlener bij het Rode Kruis. Toen heb ik besloten om dat maar te gaan intensiveren.”

Hij ging al snel in Rotterdam aan de slag op een afdeling met dementerende ouderen die besmet waren met het coronavirus. “Er waren 25 patiënten op die afdeling die allemaal corona hadden. Wij hielpen de bewoners met videobellen of we maakten een praatje. Allemaal om het personeel te ontlasten.” Het werk maakte veel indruk op hem. Na een aantal weken was Sander best moe van alle heftige ervaringen en hij besloot te gaan bijspringen bij logistieke klussen. Zo werd hij bijrijder voor ritten van de voedselbank en bracht hij mondkapjes rond.

“Ik probeer te zijn op de plekken waar dat het hardste nodig is.”

Alsof dat nog niet genoeg was, besloot hij ook om namens het Rode Kruis te gaan helpen bij het bron- en contactonderzoek. Hij belde met bekenden van mensen die besmet zijn om hen uit te leggen wat ze het beste kunnen doen. Daarnaast is hij inmiddels ook opgeleid tot bemonsteraar. Sander neemt coronatesten af bij mensen die de teststraten bezoeken.

Een helpende hand

Sander zet zich dus op veel verschillende manieren in om te helpen tijdens de coronacrisis. “Ik probeer te zijn op de plekken waar dat het hardste nodig is,” legt hij uit. Zo’n tweeënhalf jaar geleden besloot hij zelf vrijwilliger te worden bij het Rode Kruis. In zijn tussenjaar heeft hij tijd om zich extra in te zetten. Het beeld dat vrijwilligerswerk alleen voor oude mensen is, klopt volgens hem niet: hij werkt met mensen van alle leeftijden. “Het is juist de variatie in mensen die leuk is en bijdraagt aan de kracht van de organisatie, denk ik. En het vrijwilligerswerk is best tof, we staan ook op coole festivals en het is dus zeker niet stoffig.”
Daarnaast heeft hij ook kunnen leren tijdens zijn vrijwilligerswerk. Zo weet hij bijvoorbeeld inmiddels zeker dat hij de zorg erg interessant vindt. Na zijn tussenjaar wil hij dan ook geneeskunde gaan studeren.

Voor het zover is, helpt hij graag nog meer patiënten de crisis door. Inmiddels staat zijn volgende patiënt weer klaar om naar het ziekenhuis vervoerd te worden en Sander rijdt haar voorzichtig in haar rolstoel naar de parkeerplaats. Ondanks de nare situatie, houdt hij het graag gezellig voor de patiënt: “In de bus hebben we al lekker de verwarming aangezet.”

Koken met Joke & Nasmoen Een taart bakken om het jaar mee af te sluiten

Ze knopen allebei een schort om. Ietwat onwennig nog staan ze samen in de keuken. Giechelend als twee meisjes die gezamenlijk een opdracht voor school moeten doen en elkaar nauwelijks kennen. “Wil jij de leiding nemen of wil je mijn assistente zijn?” vraagt Joke. Nasmoen denkt even na. “Laat ik maar eens assistente zijn in de keuken, dat is weer eens wat anders,” lacht ze. Het ijs is gebroken.

Directeur Nationale hulp en Verenigingsmanagement Joke van Lonkhuijzen-Hoekstra en Rode Kruis-vrijwilliger Nasmoen Ghazi duiken samen de keuken in. Niet alleen om een Red velvet taart te maken, maar ook om elkaar beter te leren kennen. En om samen terug te kijken op het afgelopen jaar. Het jaar waarin het Rode Kruis op allerlei plekken werd ingezet om mensen te helpen die direct of indirect door COVID-19 werden geraakt.

Het recept voor de Red velvet taart ligt al klaar. “Eerst 250 gram roomboter,” begint Nasmoen en ze gaan aan de slag. Joke snijdt de boter in stukken. Nasmoen weegt de kristalsuiker af. Joke wil eerst eens weten waar de naam van Nasmoen eigenlijk vandaan komt. “Ik kom uit Suriname en ik was 6 jaar toen ik naar Nederland kwam,” vertelt ze. Ondertussen probeert Joke de keukenmachine aan de praat te krijgen om het beslag te kloppen.

Schril contrast

Het was voor beide vrouwen een bewogen jaar. Joke vertelt dat ze nog niet zo lang bij het Rode Kruis werkte toen de coronapandemie uitbrak. “Ik vond het een heel spannend jaar en wist niet goed wat COVID-19 zou brengen. We hebben als organisatie laten zien dat we heel veerkrachtig zijn. Daar ben ik super trots op. Nasmoen is een van de duizenden vrijwilligers die zich het afgelopen jaar inzette voor het Rode Kruis.” Ze beseft dat het een schril contrast is. Zij bakken een taart, maar dat kan niet iedereen nu doen. “Taart staat voor feest, geluk en plezier. Ik realiseer me dat veel mensen nu niet de ingrediënten hebben om een taart te bakken. Ze hebben misschien geen dak boven hun hoofd of zijn afhankelijk van de voedselbank. Wij verzorgen nu dus ook voedsel voor deze mensen. Ik denk dat het Rode kruis een meerwaarde biedt op het gebied van voedsel omdat er nu echt Nederlanders zijn die geen eten hebben.”
Ook Nasmoen is onder de indruk van wat het Rode Kruis allemaal voor elkaar kreeg het afgelopen jaar. “Bij het District Actie Centrum in Den Haag hebben wij ervoor gezorgd dat als er hulp nodig was we daarop in konden spelen.” Ook zij vindt het een vreemde ervaring om zo actief hulp te moeten verlenen in eigen land. “Normaal ben je bezig met het ophalen van geld voor mensen in derdewereldlanden. Mensen die niet te eten hebben. Natuurlijk is het niet zo erg in Nederland, maar dit raakt me wel.”

Joke voegt wat rode druppels toe aan het beslag. Dat kleurt langzaam rood. “Ik hou van rood!”, zegt ze. Nasmoen buigt zich over de vanillestokjes en raspt daar wat vanaf om aan het beslag toe te voegen. Zij kookte in het begin van de coronacrisis voor grote groepen vluchtelingen. Koken voor veel mensen is ze wel gewend. Sinds een aantal jaar runt ze een cateringbedrijf. Door corona zijn alle evenementen stil komen te liggen en daarmee ook haar werk. Ze zet zich graag in voor mensen die gevlucht zijn uit hun land. Zo namen zij en haar man ook al eens Syrische vluchtelingen tijdelijk in huis.
“Hebben jullie zelf eigenlijk kinderen?”, vraagt Joke. “Nee,” zegt Nasmoen. Ze moet even slikken. Ze zijn al 18 jaar samen maar er zijn nooit kinderen gekomen. “Is dat een groot verdriet?” wil Joke weten. “Ja, soms wel.” Het valt Nasmoen op dat Joke en zij op dat gebied allebei hun verhaal hebben. Want ook Joke kreeg nooit eigen kinderen omdat ze een relatie kreeg met een man die al kinderen had. “Bonuskinderen noemen ze dat tegenwoordig toch?” vraagt Nasmoen, en ze kunnen er samen om lachen.

Coronadip

Inmiddels zijn de twee lagen cake die nodig zijn voor de taart mooi rood gebakken. De witte crème strijken ze om en om over de taart. Dan moeten er nog vruchtjes overheen.
Nasmoen hoopt dat 2021 een wat beter jaar wordt, vertelt ze. “Ik heb wel een beetje in een dip gezeten, door corona.” Doordat haar bedrijf stilviel was ze ineens vaker thuis. Daardoor kon ze wel veel doen voor het Rode Kruis. “We deelden voedselpakketten en voedselkaarten uit. Ik voel me bevoorrecht dat ik dit mag doen. De liefde die je van mensen krijgt, en dat ze ook vragen naar hoe het met jou gaat. Dat is erg mooi om te zien!”

Op een mooi jaar

Samen leggen ze de laatste vruchtjes op de taart. Blauwe bessen en frambozen. Joke is blij dat ze Nasmoen wat beter heeft leren kennen. “Ik ben wat meer te weten komen over haar achtergrond en over hoe ze in het leven staat. Ook weet ik nu wat meer over wat ze doet voor het Rode Kruis. En ik zie wat voor bijzondere vrouw het is. Ik ben heel erg trots dat zij een van onze vrijwilligers is. We hadden heel mooie gesprekken.”

Dan moet er nog een laagje poedersuiker over de taart om het geheel af te maken. “Op een mooi jaar, Nasmoen,” zegt Joke. “Ik heb het ontzettend leuk gevonden met jou,” zegt ze. Ze bedankt Nasmoen voor haar deelname aan de eerste editie van ‘Koken met Joke’. Nasmoen en Joke moeten lachen. “Leuke titel hè?”

5 jaar vluchtelingenopvang in Rotterdam

In oktober 2015 startte het Rode Kruis een humanitaire hulppost bij de vluchtelingen identificatiestraat in Rotterdam. Op verzoek van de politie werd de samenwerking keer op keer verlengd. Vijf jaar later - oktober 2020 - kwam er vrij abrupt een einde aan.

Wat begon als een EHBO-hulppost groeide al snel uit tot veel meer dan dat. “De aanwezigheid van een internationaal bekende humanitaire organisatie stelde de vluchtelingen gerust”, vertelt Noodhulpcoördinator Wouter Bijlsma. “In het begin arriveerde er meerdere bussen vluchtelingen per dag, soms tot 's avonds laat.”

“We zorgden er niet alleen voor dat de vluchtelingen zich welkom voelden, maar we hebben ook een oogje in het zeil gehouden, garant gestaan voor de noodzakelijke medische verzorging en het sociaal welzijn van de vluchtelingen tijdens het registratieproces. Verschillende keren maakte onze aanwezigheid het verschil! We hebben een paar keer een ambulance gebeld voor ernstig zieke vluchtelingen. Dit voorjaar was onze COVID-vervoersdienst nodig voor vluchtelingen die na onze temperatuur controle in quarantaine moesten.

Verschillende keren maakte onze aanwezigheid het verschil!

In totaal hebben rond de 350 Rode Kruisers hulp verleend bij de Hulppost Beverwaard. Een flink aantal Rode Kruis-vrijwilligers, maar nog veel meer burgerhulpverleners uit het Ready2Help netwerk. Een groot aantal van hen vond het werk zo leuk dat ze zich hebben aangemeld om Rode Kruis-vrijwilliger te worden. Zo ook Osama. Hij kwam als Syrische vluchteling naar Nederland, meldde zich aan als Ready2Help’er bij de registratiestraat. Osama werd vervolgens vrijwilliger, behaalde zijn EHBO-diploma en is nu behalve Evenementenhulpverlener ook actief als vrijwilliger Bevolkingszorg en het Noodhulpteam.”

In oktober besloot de IND de identificatiestraat in Rotterdam te sluiten. Bijlsma: “Die beslissing kwam erg plotseling, zowel voor ons als voor de collega’s van de politie Rotterdam. Maar vanzelfsprekend staan onze draaiboeken klaar voor het moment dat het weer nodig is als de registratiestraat in Rotterdam toch weer opengaat.”

Voor Els is helpen heel gewoon

Vrijwilliger Els Schouwenburg stond vanaf het begin van de vluchtelingencrisis paraat om vluchtelingen op te vangen. Uiteindelijk werd ze coördinator en hulpverlener van de hulppost Beverwaard in Rotterdam. “Regelen en organiseren. Ik vind dat leuk. En het geeft voldoening. Je doet wat. Je kan wat.”

“Die eerste nacht in Brielle. Toen ze net binnen waren. Ik hoorde iemand huilen en ging er naartoe. Het was een oudere vrouw. Ze greep me vast en huilde, huilde. Omdat ze nu veilig was. Dat zei een tolk me even later. Ik heb haar vastgehouden. Ik weet niet hoe lang. En zij heeft gehuild. De hele nacht.”

“Je helpt gewoon.” Voor Els Schouwenburg is het zo vanzelfsprekend: anderen helpen. Hoe zou je níet kunnen helpen? Jaren geleden haalde ze haar EHBO-diploma in het dorp waar ze woont. En dan was ze paraat bij de avondvierdaagse. “Als je meer wilde, ging je naar het Rode Kruis.”

Alles door elkaar

De crisisopvang voor vluchtelingen in Rotterdam begon in 2015. “Ik kreeg een telefoontje. Of ik kon helpen opbouwen in de Erasmus Universiteit. Die avond begonnen ze. Ik kwam om 7.00u de volgende ochtend. Een gymzaal met 250 bedden. Vol mensen. Alles lag door elkaar. Alles.” Ze valt even stil. In dat woord ‘alles’ liggen beelden besloten die haar collega-hulpverleners van de Beverwaard kennen. Zij hebben die zaal ook gezien. Halve en hele gezinnen uit Syrië, Irak, Eritrea, Somalië, Albanië. Mannen, vrouwen, pubers, kleine kinderen, moslims, christenen, met twee plastic tassen spullen of met alleen een telefoon, met schotwonden, hoge koorts, wonden van klimmen over prikkeldraad of uitgeput van dagenlang lopen.

Moeilijk en leuk

Menslievendheid is een van de zeven grondbeginselen van het Rode Kruis. En misschien is dat wat er met Els gebeurt als ze als hulpverlener bezig is. Dat ze erdoor wordt overspoeld. “Een van onze vrijwilligers is een boom van een kerel die het liefst op de grond tussen de kinderen zit. Dat is zo prachtig om te zien. Of dat vijfjarige Irakese meisje dat ik zag huppelen tussen al die gespannen volwassenen. De flexibiliteit van zo’n kind: húp en weer door. En dan samen een potje mens-erger-je-niet doen. Zij en ik. Ik geniet daarvan. Soms voer ik hele diepzinnige of juist moeilijke gesprekken met mensen. Een andere keer zit ik samen met een familie op Funda en Google Maps te kijken hoe hun nieuwe huis eruitziet. Dat is leuk.”

Vrijwilligerswerk: een + op je CV!

HR-managers houden er van: vrijwilligerswerk op je CV. Niet zo gek, want misschien leer je nergens zo veel als tijdens je vrijwilligerswerk. Omgaan met mensen en met emoties. Durven handelen, verantwoordelijkheid nemen en samenwerken. Soms onder hoge druk, soms onder gemoedelijke omstandigheden. Waardevolle ervaringen, die je ook kunt gebruiken in je betaalde werk. Alleen laten die ervaringen zich niet altijd even makkelijk vertalen naar je curriculum vitae.

Tip 1: Maak het relevant

Als je gaat solliciteren naar een kantoorfunctie, of een functie in de bouw, of transport, lijkt het misschien niet relevant om je vrijwilligerswerk als bijvoorbeeld EHBO-er te vermelden. Maar vergis je niet. Je hebt als vrijwilliger kwaliteiten die wel degelijk relevant zijn voor de betaalde functie waar je naar solliciteert. Bijvoorbeeld betrouwbaarheid, verantwoordelijkheid, of je kunt goed samenwerken. Probeer dus verder te kijken dan naar de taken die je doet als vrijwilliger, maar ook naar de kwaliteiten die nodig zijn om die taken uit te voeren. En maak zo je vrijwilligerswerk relevant voor je cv.

Een paar voorbeelden van kwaliteiten:

  • Samenwerken
  • Leiderschap
  • Medemenselijkheid
  • Passie
  • Interpersoonlijke vaardigheden
  • Motivatie
  • Eerlijkheid/ oprechtheid
  • Betrouwbaarheid
  • Stressbestendigheid
  • Communicatievaardigheden
  • Presentatievaardigheden

Tip 2: Maak plaats voor vrijwilligerswerk

Reserveer een prominente plek voor je vrijwilligerswerk op je cv. Het is niet één van je hobby’s, maar gelijkwaardig aan andere (betaalde) werkervaringen. Plaats je vrijwilligerswerk ertussen, zo maak je het belangrijk.

Bijvoorbeeld zo:

maart 2012 – heden Noodhulpvrijwilliger bij het Rode Kruis (vrijwillig)

Zet je vrijwilligerswerk liever in een aparte sectie als je al een hele lange lijst met werkervaring hebt. Of als je echt niet goed kunt bedenken wat jouw vrijwilligerswerk te maken heeft met de functie waar je op solliciteert.

Tip 3: Beschrijf wat je doet

Als je je vrijwilligerswerk een mooie plaats tussen je werkervaringen hebt gegeven, vergeet dan niet ook te beschrijven wat je taken en verantwoordelijkheden zijn als vrijwilliger. Het lijkt soms zo vanzelfsprekend, maar hoe specifieker je kunt omschrijven wat je doet, hoe beter de lezer een indruk krijgt van jouw kennis en kunde.

Bijvoorbeeld zo:

Voorlichter Educatie bij het Rode Kruis (vrijwilliger)

Als voorlichter Educatie bij het Rode Kruis verzorg ik gastlessen over het Humanitair Oorlogsrecht op scholen in mijn regio. Aan middelbare schoolklassen van ongeveer 28 leerlingen leg ik in twee uur uit wat het Humanitair Oorlogsrecht is en laat ze zelf aan de slag gaan met lastige vraagstukken. In deze functie kan ik mijn communicatie- en presentatievaardigheden goed kwijt. Ik vind het leuk om met jongeren te werken en creatieve manieren te bedenken om ze betrekken bij het werk van het Rode Kruis.

Of, als je wat minder ruimte hebt, zo:

Voorlichter Educatie bij het Rode Kruis (vrijwilliger):

  • verantwoordelijk voor gastlessen over het humanitaire oorlogsrecht aan middelbare scholen in de regio;
  • opgeleid in presentatie- en communicatietechnieken;
  • kernwoorden: communicatief vaardig, creatief, werken met jongeren, betrokkenheid creëren, moeilijke inhoud op een aantrekkelijke manier overbrengen.

Tip 4: Vertel waar je voor staat: gebruik de Rode Kruis principes

Voor iedereen met een Rode Kruis-hart is het heel normaal, maar voor mensen buiten de organisatie is het goed om ook te beschrijven waar het Rode Kruis voor staat. Waar jij dus voor staat. Nu hoef je niet meteen de zeven grondbeginselen allemaal te benoemen. Maar de reden dat je vrijwilligerswerk bent gaan doen bij een organisatie die gelooft dat ieder mens recht heeft op hulp en dat hun geloof, nationaliteit, ras, afkomst of politieke mening niet ter zake doen, dat zegt natuurlijk ook wat over jou. Omschrijf waarom jij hiervoor kiest. Waarom dit voor jou zo belangrijk is. Is het niet passend op je CV, maar wil het toch graag kwijt? Dan kun je dit ook meenemen in je brief.

Bijvoorbeeld zo:

Mensen helpen geeft mij energie. Daarom ben ik als vrijwilliger aan de slag gegaan bij het Rode Kruis. Direct iets betekenen voor iemand, het verschil kunnen maken, dat is wat mij drijft. De grondbeginselen van de organisatie spreken mij enorm aan. Ook ik vind dat ieder mens in nood hulp moet krijgen. Ongeacht geloof, nationaliteit, ras of politieke mening. Ik ben er trots op hier aan bij te dragen.

Afdelingen op social media

Met 202 lokale afdelingen zijn vrijwilligers dichtbij en om de hoek!

Rode Kruis Zandvoort

Rode Kruis Utrecht

NOS Stories

Rode Kruis Maastricht

Rode Kruis Haaglanden

Rode Kruis Gouda

Rode Kruis Fryslan

Rode Kruis Ede

Rode Kruis Amsterdam-Amstelland

Rode Kruis Rijssen

Rode Kruis Utrecht

Rode Kruis Rotterdam

Rode Kruis Doetinchem

Rode Kruis Noord-Oost-Veluwe

Rode Kruis Jongeren

Rode Kruis Groningen

Rode Kruis Gouda

Rode Kruis Fryslan

Rode Kruis Dordrecht

Rode Kruis Amsterdam

Rode Kruis Rotterdam

Samen in actie voor Beiroet Ramp treft land in nood

Het is 4 augustus 2020 en het is zonnig in de Libanese hoofdstad Beiroet. Het is een dinsdag als alle andere: ouders gaan naar hun werk, kinderen spelen met elkaar, mensen parkeren hun auto… Het is tegen zessen op deze warme zomerdag als ineens alles verandert. Zo’n 2.750 ton ammoniumnitraat ontploft in de haven van de stad. Het havengebied ligt volledig in puin, maar ook een aantal wijken in de stad wordt zwaar getroffen. Mensen zijn verbijsterd, de chaos in het land is compleet.

Door de explosie in het dichtbevolkte Beiroet – met meer dan 2 miljoen inwoners – vallen 180 doden en raken 6.500 mensen gewond. Zo’n 300.000 mensen moeten tijdelijk onderdak zoeken omdat hun huis beschadigd is. Sommigen kunnen een tijdje bij familie en vrienden verblijven in de buitenwijken van de stad. Maar ook in Libanon woedt de coronacrisis én het land verkeert al tijden in grote economische problemen. Er is veel werkloosheid en de gezondheidszorg in het land staat al enige tijd onder druk doordat medicijnvoorraden opraken en er steeds minder capaciteit is op de IC’s. Daar komt nu deze klap bij.

Giro555-actie

Al snel starten de samenwerkende hulporganisaties achter Giro555 een actie om de Libanezen te helpen. Ondanks de coronacrisis blijven Nederlanders massaal oog houden voor de medemens in nood: uiteindelijk wordt zo’n 15 miljoen euro opgehaald. Met de opbrengst kan zo’n twee jaar hulp worden verleend in Libanon. Zo is er ruimte om de mensen ook op de langere termijn weer perspectief te geven.

Het Libanese Rode Kruis

Sinds jaar en dag zijn de collega’s van het Libanese Rode Kruis verantwoordelijk voor het overgrote deel van de ambulancediensten in het land. Na de explosie in de haven komt het Rode Kruis direct in actie, net als andere hulporganisaties en lokale initiatieven.

Er wordt in eerste instantie volop medische hulp geboden, maar ook ondersteuning van bloedtransfusies, psychosociale hulp en onderdak. Bijna 4.000 mensen worden geholpen en vervoerd door onze ambulancedienst. Ruim 95.000 mensen krijgen een voedselpakket of hygiënespullen. Tevens is er een hulplijn voor getroffenen, aangezien veel communicatienetwerken platlagen. In totaal worden in minder dan drie maanden tijd meer dan 250.000 mensen geholpen.

Atta hoorde alleen maar geschreeuw

“Zo’n klap heb ik nog nooit meegemaakt.”
Muhammad Atta Durrani is een doorgewinterde hulpverlener met veel ervaring in oorlogsgebieden. Maar toen op 4 augustus plotseling de glazen terrasdeuren zijn woning in werden geblazen, wist hij niet wat hij meemaakte. “Ik wil er niet eens meer aan terugdenken, ik kon alleen maar het geschreeuw van mijn kinderen horen.” Lees het hele verhaal op Rodekruis.nl

In september startte het Libanese Rode Kruis een cash-programma. Inmiddels zijn bijna 10.000 getroffen en kwetsbare families geholpen met een maandelijkse financiële bijdrage. Zo kunnen zij in ieder geval wat broodnodige basisspullen kopen. Het Nederlandse Rode Kruis draagt bij aan dit programma.

Kritische situatie

Op dit moment blijft de situatie in het land zeer kritisch. In een context van politieke instabiliteit, een economische crisis én de tweede virusgolf, proberen mensen de gevolgen van de explosie in de haven te boven te komen. Steeds meer gezinnen lijken onder de armoedegrens te geraken en hebben moeite hun hoofd boven water te houden.

Het Libanese Rode Kruis monitort de situatie en brengt in kaart wie hulp nodig heeft. De druk op hen is groot, terwijl de medewerkers en vrijwilligers zelf ook getroffen zijn door de opeenstapeling van problemen in het land. Toch bieden zij de Libanese bevolking een lichtpuntje in deze moeilijke tijd. Het Rode Kruis helpt mensen om sterker uit deze situatie te komen.

Wie zijn de Samenwerkende Hulporganisaties?

Bij uitzonderlijke rampen slaan de 11 samenwerkende hulporganisaties de handen ineen onder de naam Giro555. Zij vragen heel Nederland zich aan te sluiten om geld in te zamelen voor hulp aan slachtoffers. Want samen redden we meer levens.

De 11 organisaties zijn: CARE Nederland, Cordaid Mensen in Nood, ICCO & Kerk in Actie, Oxfam Novib, Plan International Nederland, Save the Children, Stichting Vluchteling, Terre des Hommes, UNICEF Nederland, World Vision en het Nederlandse Rode Kruis. Kijk voor meer informatie op www.giro555.nl

De laatste… 3FM Serious Request

Jeroen is een ware 3FM Serious Request veteraan. Hij werkt al sinds 2012 mee als vrijwilliger bij de actieweek en later ook als gastles-docent. Naar eigen zeggen had hij al een gezonde ‘verslaving’ aan 3FM Serious Request voordat hij vrijwilliger werd. Wanneer de actieweek begon, stonden radio en tv bij hem thuis standaard op 3FM. Maar zijn avontuur ging pas echt van start sinds de editie in Enschede. Hij werd met open armen ontvangen als vrijwilliger en de rest is geschiedenis.

Zijn eerste editie in Enschede vergeet Jeroen nooit meer. Als een van de mooiste momenten beschrijft hij de rondleiding in het Glazen Huis vóór de actieweek. Zijn week kon na dit moment eigenlijk al niet meer kapot. De dagen die volgden, waren al net zo onvergetelijk. “Als callcenter-vrijwilligers zaten wij in een kerkje achter het Glazen Huis. We hadden uitzicht op de Backstage Lounge, dat was fantastisch.” Ook herinnert Jeroen zich de persoonlijke verhalen die mensen met hem deelden: “Dat jaar werd er geld ingezameld om kindersterfte tegen te gaan en ik kreeg ook veel geëmotioneerde mensen aan de lijn die vertelde over wat hen was overkomen. Dit heeft enorme indruk op mij gemaakt.”

“Het zijn de persoonlijke verhalen waar 3FM Serious Request om draait.”

Gastlessen

Het jaar erop werd Jeroen gevraagd om gastlessen te geven op scholen. “Ik had dat nog nooit eerder gedaan, voor een klas kinderen leek me dat best spannend maar ook leuk.” Sindsdien is Jeroen elk jaar gastlessen blijven geven op scholen. “Het is belangrijk om kinderen te laten weten waarom we het doen.”

Uitzonderlijk

Na zijn onvergetelijke ervaring in Enschede, was Jeroen ook weer van de partij bij de editie die volgde in Leeuwarden. "Ik mocht vaak bij de brievenbus van het Glazen Huis staan. Geweldig om te doen. Je hebt direct contact met de mensen en je ziet ook wat er allemaal gebeurt in het Glazen Huis.” Er kwam deze editie ook een mevrouw bij de chequebox met een uitzonderlijk verzoek aan Jeroen: of een liedje van haar overleden zoon, die hij speciaal had opgenomen voor Serious Request, op de radio gedraaid kon worden. “Meestal worden er niet zo snel mensen binnengelaten in het Glazen Huis. Maar na wat rond- en navragen mocht deze mevrouw uiteindelijk naar binnen om haar verhaal te doen. Een uitzonderlijk moment.”

Persoonlijk

Die bijzondere, persoonlijke verhalen, dat is waar Serious Request volgens Jeroen om draait. Daarnaast is de hechte groep vrijwilligers die rond het evenement is ontstaan een steun en toeverlaat. “Er zijn super veel mensen die meer dan tien jaar vrijwilliger zijn bij Serious Request. We hebben onderling contact via sociale media. Het toewerken naar de actieweek en het samenwerken tijdens een actieweek vind ik heel speciaal.” Ook vertelt Jeroen over de groei van de organisatie en het vrijwilligerswerk. “Er werd wat gedaan met de feedback die wij gaven. Mensen die al wat jaren ervaring hadden als vrijwilliger werden een vast aanspreekpunt tijdens de actieweek. Zo verliep alles nog soepeler. Het was mooi om die ontwikkeling te zien.”

Cirkel is rond

Na al die mooie jaren is nu dan toch de laatste editie daar. “Ik vind het wel een dingetje dat het na dit jaar is afgelopen. Ik snap het wel, het is tijd voor vernieuwing. Hopelijk vinden we als Rode Kruis iets nieuws waarbij we deze ervaren groep vrijwilligers weer kunnen inzetten.” De cirkel is voor Jeroen in ieder geval symbolisch helemaal rond: “het begon allemaal bij het glazen huis in Enschede bij mij om de hoek en het eindigt nu ook haast in mijn achtertuin op vliegveld Twente”.

10 dingen die je niet mag missen

Wist je dat ...

1

… Albert Heijn deze decembermaand groots uitpakt met een feeststollenactie? Van elke verkochte feeststol gaat 1 euro naar de drie maatschappelijke partners. Naast het Rode Kruis, zijn dat de Voedselbank en de Linda Foundation. Op de website van Albert Heijn kun je via een stollenteller zien hoeveel stollen er al zijn verkocht. Dus koop je feeststol bij Albert Heijn en zo loopt de teller snel op!

2

… fotograaf Arie Kievit de gevolgen van het coronavirus heeft vastgelegd in het boek ‘Corona – crisis in beeld’? Naast prachtige beelden van typische taferelen in coronatijd, bracht Arie ook veel inzetten van het Rode Kruis in beeld. In het boek zijn zowel ontroerende als indrukwekkende momenten te zien. Rode Kruis-directeur Marieke van Schaik schreef het voorwoord. Van ieder verkocht boek gaat er € 5 naar het Rode Kruis. Nieuwsgierig naar het boek? Neem alvast een kijkje!

3

… er iedere twee minuten iemand in Nederland bloed nodig heeft? Om in leven te blijven, weer gezond te worden of om ziekte te voorkomen. Niet verwonderlijk dus dat Sanquin, de organisatie die alle Nederlanders van bloedproducten voorziet, altijd op zoek is naar nieuwe donors. Door de bijzondere band tussen Sanquin Bloedvoorziening en het Rode Kruis, biedt Sanquin de optie om na tien keer doneren je vergoeding te schenken aan het Rode Kruis. Dit levert ons elk jaar een mooie cheque op!

4

… dit jaar de laatste editie is van 3FM Serious Request: The Lifeline? In de week voor kerst (van 18 t/m 24 december) gaan drie dj-teams in lockdown op Vliegveld Twenthe Evenementenlocatie om geld in te zamelen voor het Rode Kruis voor medische hulp tijdens de coronacrisis. De drie dj-duo's maken 24 uur per dag live radio, maar moeten ook 24 uur per dag een loopband draaiende houden. Ze gaan proberen om samen met Nederland een rondje om de wereld te lopen. Een afstand van maar liefst 40.075 kilometer! Doe jij mee?

5

… we deze zomer een nieuwe app gelanceerd hebben? Tools2Go! Via deze app kun jij je als vrijwilliger gemakkelijk inschrijven voor een dienst en zien met welke andere vrijwilligers je staat ingepland. Daarnaast zie je in de app een overzicht van al je geplande diensten, kun je belangrijke meldingen ontvangen over jouw dienst en is er direct te zien welke diensten er allemaal beschikbaar zijn. Je kunt de app downloaden via Google Play of de App store.

6

… het in deze moeilijke tijden belangrijker is dan ooit dat we aan elkaar blijven denken? Ken je iemand die wat extra aandacht en liefde verdient? Stuur dan nu een gratis kaart via rodekruis.omapost.nl naar bijvoorbeeld je opa, vriendin of naar je buurman en laat weten dat jij aan diegene denkt! Het is mogelijk een gratis kaart te sturen, zolang de voorraad strekt. Wacht dus niet te lang want op = op. #eenkleingebaar

7

…. we online verschillende kanalen hebben waarmee je jouw EHBO kennis kunt vergoten? Naast de EHBO app is er nu ook het nieuwe Instagram kanaal @EHBO_doe_je_zo vol handige tips, interessante weetjes en bijzondere verhalen. En op ons vernieuwde Youtube kanaal met de speciale EHBO video’s, waarin stap voor stap wordt uitgelegd wat je moet doen in verschillende situaties.

8

… Coca-Cola Nederland in december maar liefst 50.000 euro aan het voedselprogramma van het Rode Kruis doneert? Ook stellen ze 750 dinervouchers van restaurant De Beren beschikbaar. Deze worden uitgedeeld aan mensen die op dit moment niet in aanmerking komen voor andere vormen van voedselhulp. Ook de medewerkers van Coca-Cola in Nederland dragen hun steentje bij. Zij steunen de actie 3FM Serious Request: The Lifeline door in hun eigen omgeving een route te lopen. Coca-Cola Nederland doet daarnaast nog een donatie van 10.000 euro aan 3FM Serious Request.

9

… er in september 475 sportievelingen in actie kwamen voor het Rode Kruis met Kilometers voor kansen? De opdracht? Leg in één maand zoveel mogelijk kilometers af op jouw eigen manier. Die kilometers staan symbool voor de lange en gevaarlijke afstanden die vluchtelingen moeten afleggen. Het doel was zoveel mogelijk sponsorgeld inzamelen voor hulp van het Rode Kruis aan vluchtelingen wereldwijd. Meer dan 50.000 kilometers werden afgelegd en 83.778 euro opgehaald! Reden genoeg om volgend jaar weer terug te komen met deze sportieve uitdaging. Doe jij dan ook mee?

10

… je de hele maand januari met een HEMA-klantenpas je punten kunt doneren aan het Rode Kruis? De punten worden omgezet in boodschappenkaarten. Het Rode Kruis deelt deze kaarten uit aan mensen in Nederland die hard zijn getroffen door de coronacrisis en geen recht hebben op andere vormen van voedselhulp. Heb je een HEMA-klantenpas en wil je jouw punten een mooie bestemming geven? Doneer deze dan in januari via de website van HEMA aan het Rode Kruis.

‘Wij staan klaar!’

Wie wij zijn, weet niet iedereen
Wat wij allemaal doen, noch te meer
Waar wij voor staan, menslievendheid
Iedere dag, keer op keer.

Vrijwillig en gezamenlijk voor één doel
Gebundelde kracht voor de gemeenschap
In goede en in slechte tijden
Onze onpartijdigheid en broederschap.

Wereldwijd staan wij klaar voor ieder mens
Door weer en wind staan wij klaar
Onafhankelijk en daadkrachtig
Als eenheid maken wij juist dat gebaar.

Wij waarderen jullie inzet altijd weer
Al is het in de ondersteuning of tijdens inzet
Met veel of weinig activiteiten op de planning
Met jullie is het altijd pret.

Wij herdenken zij die ontvallen zijn
Laten wij de momenten koesteren
De glimlach en liefde delen
Soms teer en klein.

Bedankt! Tot snel in het nieuwe jaar
Laten wij 2021 weer genieten
Van de mensen en de inzetten
Maar vooral van elkaar.

©WilcoSchrijft

COLOFON

Eindredactie
Irvy Boogaard en Anouk Janmaat

Foto's
Arie Kievit, Ferry Knijn, Johan Gerritse, Mart Bron, Libanese Rode Kruis, Peter Busscher, Menno Bausch Fotografie en Mascha van Mourik.

Tekst
Thomas van der Vlugt, Esther Adams, Dilia Couwenberg, Irvy Boogaard, Monique de Jonge, Michelle Hamers, Anouk Janmaat, Aleid Bos en Noah Vink.

Dit is een uitgave van het
Nederlandse Rode Kruis, december 2020

Met dank aan Tappan Communicatie, Publizine