Leestijd 5 minuten

Kennemerland

Het geografisch redelijk kleine district Kennemerland heeft een divers karakter. Steden, dorpen, natuur en bedrijvigheid bestaan naast elkaar. Duinen, langgerekte stranden, leuke badplaatsen, een gezellige stad als Haarlem en chique gemeenten als Bloemendaal en Heemstede. Maar ook risicovolle gebieden zoals luchthaven Schiphol en de staalfabrieken van Tata Steel bij IJmuiden. Organisaties waar mogelijk grote rampen kunnen gebeuren. Kennemerland is niet voor één gat te vangen.

Leestijd 5 minuten

“We staan paraat”

Voorzitter Joost Heins (39) staat nu bijna een jaar aan het roer van Kennemerland. Het viel hem meteen op dat 352 vrijwilligers, 20 beroepskrachten en 45 uitzendkrachten met heel hun hart voor het Rode Kruis werken. “Die gedrevenheid is heel fijn. We zijn ingespeeld op mogelijke rampen bij twee risicovolle bedrijven: vliegveld Schiphol en staalfabriek Tata Steel. Je hoopt dat het niet nodig is, maar als het misgaat, staan we er.”

 

Waar ben je het meest trots op?

“Ik noem wat veel voorzitters zeggen: onze mensen. De combinatie van vrijwilligers en beroepskrachten bij het Rode Kruis is uniek. Directeur Harm Goossens kwam op werkbezoek en achteraf ontdekte hij pas wie beroepskracht is en wie zich vrijwillig voor ons inzet. Iedereen is zo passievol dat je geen verschil ziet in gedrag en inzet. Dat vind ik knap.
Ook ben ik trots op hoeveel hulpverlening we weten te realiseren binnen het district. Waar het ook misgaat, we zijn er. Of dat nu is bij de opvang van asielzoekers, statushouders of Oekraïense vluchtelingen of tijdens de coronapandemie. Zonder onze mensen hadden de test- en vaccinatielocatie op Schiphol en de XXL-locatie in Vijfhuizen nooit bestaan. Bovendien is het goed voor het Rode Kruis geweest om aan tafel te komen bij de juiste organisaties en onderdeel te worden van de oplossing.”

 

Hoe verloopt de samenwerking tussen de centrale organisatie en het district?

“In de afgelopen maanden hebben we veel bezoek gehad van mensen van het verenigingskantoor om te kijken hoe we bijvoorbeeld de opvang van asielzoekers en Oekraïense vluchtelingen aanpakken. Je merkt dan dat we een gedeeld doel hebben: mensen in nood helpen. Daarbij zoeken we naar de juiste balans tussen wat je centraal en wat je lokaal aanpakt en wie welke verantwoordelijkheid heeft. Ik zie het niet zo zwart-wit, maar denk wel dat het logisch is om een landelijk registratiesysteem, via het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, te faciliteren en dat wij in de regio kijken hoe en op welke locaties we mensen opvangen. Wij zien deze mensen dagelijks en zien wat ze nodig hebben. Ons district heeft drie opvanglocaties en een dagelijks geopend Informatiepunt bestemd voor Oekraïense vluchtelingen.”

 

Hoe laat het district aan vrijwilligers zien dat hun inzet wordt gewaardeerd?

“Natuurlijk hebben we een nieuwsbrief, maar veel mensen hebben behoefte aan persoonlijk contact. Dus we organiseren bijeenkomsten waar iedereen gezellig kan bijpraten of zijn hart kan luchten. Ik geloof altijd erg in het persoonlijke contact. Mensen zijn vrijwilliger om anderen te helpen. Het zijn dus vaak sociale mensen, die graag samen iets willen doen en daar betekenis aan willen geven. Mensen alleen bijpraten op papier of online geeft niet hetzelfde gevoel.”
 

Opvanglocaties

Wat betekent ‘in actie’ zijn? 

“Voor mezelf betekent het dat ik veel overleg en verbinding maak. Ik leer de organisatie goed kennen en kijk wat we kunnen verbeteren. Ik ben een luisterend oor en stel vragen als: zijn we nog op de goede route en doen we de juiste dingen? Wie help je wel en wie niet? We zien dat steeds meer mensen hulp vragen. We moeten kijken waar wij het beste kunnen helpen en waar andere organisaties beter in zijn. Het Rode Kruis is er meer dan ooit achter gekomen dat we het contact met externe partijen moeten waarderen. Met name door de pandemie kwamen we aan tafel bij grote lokale overlegstructuren. Dat heeft de positie van het Rode Kruis enorm verbeterd. Nu zoekt de gemeente ons proactief op bij problemen en hoeven we niet meer zelf te vragen of we kunnen helpen. Dat is een groot verschil met voorgaande jaren. Relatiebeheer is één van de grote lessen van de afgelopen tijd.”

 

Waar richten jullie je op in 2024?

“Het komend jaar blijven we ons focussen op de thema's die nu al belangrijk zijn. Vluchtelingenopvang is en blijft een speerpunt. Sommige opvanglocaties zijn al verlengd tot het einde van 2024. Daarnaast willen we nieuwe vrijwilligers aantrekken. We zien de hulpvraag verder toenemen en daarom zijn er ook meer vrijwilligers nodig. Door extra aandacht voor werving denken we meer mensen aan te kunnen spreken.”

TOP 3 INZETTEN/ACTIVITEITEN

1

Vluchtelingenopvang


“De opvang van vluchtelingen en het informatieservicepunt beslaat een groot deel van ons werk. Daar koppelen we onze Rode Kruis-programma’s aan. Bijvoorbeeld ‘Heldin’ om de weerbaarheid en zelfredzaamheid van kwetsbare vrouwen te vergroten. ‘Op Koers’ is er voor mensen die ondersteuning nodig hebben bij één of meerdere hulpvragen. Dat kan een acuut probleem zijn op psychosociaal gebied, maar ook bij verschillende of complexe problemen die tegelijkertijd spelen.”

2

Evenementenhulpverlening en Noodhulp

“Belangrijk is natuurlijk onze hulpverlening tijdens evenementen, dat zijn oefenmomenten als basis voor onze paraatheid in de Noodhulpverlening. Zo zijn we te vinden op festivals, bij hardloopwedstrijden en andere evenementen als voetbaltoernooien en -wedstrijden, gemeentelijke activiteiten en de Grand Prix van Zandvoort.”

3

EHBO Publiekscursussen

“We geven het hele jaar door EHBO-cursussen op scholen, bedrijven en aan individuen. Bij zo’n cursus leren we anderen hoe ze eerste hulp kunnen verlenen in verschillende situaties en bij klein en groot letsel. Door het bijbrengen van kennis en het oefenen van vaardigheden te combineren, krijgen mensen het zelfvertrouwen om iemand in nood te helpen.”

Districtsvoorzitter Joost Heins van Kennemerland is in het dagelijks leven verantwoordelijk voor de internationale onderzoeksactiviteiten van uitzendconcern Randstad. Hij is vader van jonge kinderen (5 en 3,5 jaar). Als student Internationale betrekkingen kwam hij in aanraking met het Rode Kruis, onder meer op studiereis in Georgië. Hij had altijd een goede indruk van de hulporganisatie. Toen zijn kinderen uit de luiers waren, had hij behoefte om zich weer maatschappelijk in te zetten. Hij geeft het stokje door aan Jerry Oliver Straub van Amsterdam-Amstelland.  

Districtsvoorzitter Joost Heins van Kennemerland

LEUK OM TE WETEN

352

Vrijwilligers

 

44%

van de vrijwilligers is jonger dan 50 jaar

17 jaar

is onze jongste Evenementenhulpverlener